Ϸվ

Verslag - A10-0016/2024Verslag
A10-0016/2024

VERSLAGover het jaarverslag over de activiteiten van de Europese Ombudsman in 2023

21.11.2024-()

Commissie verzoekschriften
Rapporteur: Alex Agius Saliba


ʰdzܰ:
Stadium plenaire behandeling
ٴdzܳԳٱԳ⳦ܲ:
A10-0016/2024
Ingediende teksten :
A10-0016/2024
Aangenomen teksten :

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het jaarverslag over de activiteiten van de Europese Ombudsman in 2023

()

Het Europees Parlement,

gezien het jaarverslag over de werkzaamheden van de Europese Ombudsman in 2023,

gezien artikel10, lid3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU),

gezien artikel15, artikel24, lid3, artikel228 en artikel298, lid1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU),

gezien Verordening(EU, Euratom)2021/1163 van het Europees Parlement van 24juni 2021 inzake het statuut en de algemene voorwaarden voor de uitoefening van het ambt van de Europese Ombudsman (statuut van de Europese Ombudsman) en tot intrekking van Besluit94/262/EGKS, EG, Euratom[1],

gezien de artikelen11, 41, 42 en43 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie,

gezien het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap,

gezien de Europese Code van goed administratief gedrag, aangenomen door het Parlement op 6september 2001,

gezien de raamovereenkomst inzake samenwerking die op 15maart 2006 werd gesloten tussen het Parlement en de Europese Ombudsman, en die op 1april 2006 in werking is getreden,

gezien zijn eerdere resoluties over de werkzaamheden van de Europese Ombudsman,

gezien artikel55 en artikel148, lid2, van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie verzoekschriften (A10‑0016/2024),

A.overwegende dat het jaarverslag over de werkzaamheden van de Europese Ombudsman in 2023 op 18april 2024 officieel werd ingediend bij de voorzitter van het Europees Parlement en dat de ombudsman, mevrouwEmilyO’Reilly, haar verslag op 4september 2024 in Brussel aan de Commissie verzoekschriften heeft gepresenteerd;

B.overwegende dat de Europese Ombudsman krachtens de artikelen20, 24 en228VWEU de bevoegdheid heeft kennis te nemen van klachten over gevallen van wanbeheer bij het optreden van de instellingen, organen of instanties van de Unie, met uitzondering van het Hof van Justitie van de Europese Unie bij de uitoefening van zijn gerechtelijke taak;

C.overwegende dat in artikel15 van het VWEU wordt bepaald: “Om goed bestuur te bevorderen en de deelneming van het maatschappelijk middenveld te waarborgen, werken de instellingen, organen en instanties van de Unie in een zo groot mogelijke openheid” en “Iedere burger van de Unie en iedere natuurlijke of rechtspersoon met verblijfplaats of statutaire zetel in een lidstaat heeft recht op toegang tot documenten van de instellingen, organen en instanties van de Unie”;

D.overwegende dat artikel41 van het Handvest van de grondrechten bepaalt dat “eenieder (…) er recht op (heeft) dat zijn zaken onpartijdig, billijk en binnen een redelijke termijn door de instellingen, organen en instanties van de Unie worden behandeld”;

E.overwegende dat artikel43 van het Handvest bepaalt dat iedere burger van de Unie en iedere natuurlijke of rechtspersoon met verblijfplaats of statutaire zetel in een lidstaat het recht heeft zich tot de Europese Ombudsman te wenden in verband met gevallen van wanbeheer bij het optreden van de instellingen, organen en instanties van de Unie, met uitzondering van het Hof van Justitie van de Europese Unie bij de uitoefening van zijn gerechtelijke taak;

F.overwegende dat overeenkomstig artikel298, lid1,VWEU de instellingen, organen en instanties van de Unie bij de vervulling van hun taken op een open, efficiënt en onafhankelijk Europees ambtenarenapparaat steunen;

G.overwegende dat de Europese Ombudsman aanbevelingen, corrigerende maatregelen en verbeteringen kan voorstellen om verschillende aspecten van wanbeheer op te lossen;

H.overwegende dat de Ombudsman in2023 398onderzoeken heeft geopend, waarbij het in 393gevallen ging om een onderzoek naar aanleiding van een klacht en in 5gevallen om een onderzoek op eigen initiatief, en dat de Ombudsman in dat jaar 372onderzoeken heeft afgesloten (369onderzoeken naar aanleiding van een klacht en 3onderzoeken op eigen initiatief);

I.overwegende dat het grootste deel van de onderzoeken in 2023 betrekking had op de Commissie (250onderzoeken, oftewel 62,81%), gevolgd door onderzoeken met betrekking tot het Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) (47onderzoeken, oftewel 11,81%), het Europees Parlement (16onderzoeken, oftewel 4,02%) en het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) (11onderzoeken, oftewel 2,76%); overwegende dat het in de overige gevallen ging om onderzoeken met betrekking tot: de Raad van de Europese Unie (7onderzoeken of 1,76%), het Europees Bureau voor fraudebestrijding (7onderzoeken of 1,76%), de Europese Dienst voor extern optreden (6onderzoeken of 1,51%), de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming (6onderzoeken of 1,51%), het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (5onderzoeken of 1,26%), andere EU-agentschappen (33onderzoeken of 8,27%) en andere EU-instellingen of -organen (12onderzoeken of 3,01%);

J.overwegende dat in 2023 het grootste percentage onderzoeken betrekking had op het optreden van de Commissie en dat er voor de administratieve activiteiten van de Commissie een aanzienlijke publieke belangstelling bestaat, aangezien de Commissie de uitvoerende macht van de EU is;

K.overwegende dat in 99 van de onderzoeken die in 2023 door de Ombudsman werden afgesloten (d.w.z. 26,6%) geen wanbeheer werd geconstateerd, dat het in 206gevallen (d.w.z. 55,4%) lukte om met de betrokken instelling tot een (gedeeltelijke) oplossing te komen of de zaak te schikken, dat in 46 gevallen (d.w.z. 12,4%) verder onderzoek niet gerechtvaardigd werd geacht en dat in 27 gevallen (d.w.z. 7,3%) wanbeheer werd geconstateerd;

L.overwegende dat bij de door de Ombudsman in 2023 afgesloten onderzoeken de volgende drie punten van zorg het vaakst aan de orde kwamen: transparantie en verantwoordingsplicht (bijvoorbeeld toegang tot informatie en documenten) (34,2%), de dienstencultuur (21,5%) en aanwerving (15,3%); overwegende dat andere punten van zorg waren: goede afhandeling van personeelskwesties, het juiste gebruik van discretionaire bevoegdheden (onder meer bij inbreukprocedures), behoorlijk bestuur bij inbreukprocedures, eerbiediging van de grondrechten, eerbiediging van procedurele rechten, subsidies, aanbestedingen, contracten, ethiek, inspraak van de burgers bij EU-besluitvormingsprocessen en goed financieel beheer;

M.overwegende dat de Ombudsman in 2023 ook bredere strategische onderzoeken heeft uitgevoerd en strategische initiatieven heeft ontplooid met betrekking tot systemische problemen binnen de EU-instellingen, waarbij onder meer aandacht werd besteed aan de toegang tot documenten, grondrechten, ethische kwesties, verantwoordingsplicht in verband met besluitvorming en de aanwerving van EU-ambtenaren;

N.overwegende dat EU-burgers ruime rechten hebben inzake toegang tot documenten die in het bezit zijn van de EU-administratie; overwegende dat de Ombudsman op eigen initiatief een onderzoek heeft ingesteld waarin de Commissie werd verzocht dringend iets te doen aan de systemische vertragingen bij de behandeling van verzoeken om toegang tot documenten, om ervoor te zorgen dat zij de in de EU-wetgeving inzake toegang van het publiek (Verordening (EG) nr.1049/2001[2]) vastgestelde termijnen in acht neemt; overwegende dat uit dit onderzoek is gebleken dat wanneer personen verzoeken om herziening van een toegangsbesluit, bekend als een confirmatief verzoek, de Commissie in 85% van de gevallen de in de wet vastgestelde termijnen niet haalt, waarbij de meeste antwoorden na 60 dagen binnenkomen; overwegende dat deze vertragingen er vaak toe leidden dat de verkregen informatie niet langer nuttig was voor de aanvragers, waardoor zij op relevante tijdstippen geen inspraak hadden in het besluitvormingsproces;

O.overwegende dat de Ombudsman in 2023 een speciaal verslag publiceerde naar aanleiding van haar strategisch onderzoek naar de tijd die de Europese Commissie nodig heeft voor de behandeling van verzoeken om toegang van het publiek tot documenten; overwegende dat het Bureau van de Ombudsman dit verslag heeft toegezonden aan het Europees Parlement, teneinde het Parlement om steun te vragen om de Commissie ertoe te bewegen gevolg te geven aan zijn aanbevelingen, aangezien zij van mening is dat burgers betere praktijken mogen verwachten van een open, moderne en servicegerichte EU-administratie;

P.overwegende dat het speciaal verslag is besproken in de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken van het Parlement en heeft geleid tot een op 14 maart 2024 aangenomen resolutie van het Europees Parlement getiteld “De tijd die de Europese Commissie erover doet om verzoeken om toegang tot documenten te behandelen”[3], waarin het Parlement zijn grote bezorgdheid uitte over de extreme vertragingen in de procedure van de Commissie voor het verlenen van toegang van het publiek tot gevraagde documenten en de Commissie verzocht deze stelselmatige en aanzienlijke vertragingen te verhelpen; overwegende dat het Parlement erop heeft gewezen dat het zal overwegen alle beschikbare parlementaire instrumenten te gebruiken om deze kwestie aan te pakken; overwegende dat in de resolutie ook wordt verwezen naar de onderhandelingen over de aankoop van COVID-19-vaccins en wordt opgeroepen tot passende openbaarmaking door de Commissie, tot meer proactieve transparantie met meer specifieke personele middelen voor de behandeling van confirmatieve verzoeken en tot een meer open en constructieve houding ten aanzien van verzoekers;

Q.overwegende dat de Ombudsman heeft benadrukt dat de toepassing van de nieuwe ethische regels van het Parlement naar behoren moet worden gemonitord en gehandhaafd;

R.overwegende dat de Ombudsman weliswaar heeft erkend dat de strengere regels rondom ethiek in het Parlement naar aanleiding van Qatargate een aanzienlijke vooruitgang zijn, maar ook zijn bezorgdheid heeft geuit over de uitvoering en handhaving van die regels; overwegende dat de Ombudsman een specifiek onderzoek heeft ingesteld naar de reiskosten die derden sinds 2021 voor de Commissie hebben betaald;

S.overwegende dat transparantie een essentieel onderdeel is van een democratische samenleving en een belangrijk instrument in de strijd tegen corruptie; overwegende dat EU-burgers recht hebben op het hoogste niveau van transparantie en overwegende dat het hoogste niveau van toegankelijkheid van openbare documenten essentieel is om de verantwoordingsplicht te waarborgen;

T.overwegende dat het Bureau van de Ombudsman in 2023 het publiek verder bewust heeft gemaakt van de rol van de Ombudsman bij het handhaven van strenge arbeidsnormen in de EU-administratie en bij de bescherming van de rechten en fundamentele vrijheden van burgers;

1.hecht zijn goedkeuring aan het jaarverslag over 2023 dat de Europese Ombudsman heeft overgelegd, en prijst de excellente presentatie van de belangrijkste feiten en cijfers over de werkzaamheden van de Ombudsman in 2023;

2.feliciteert EmilyO’Reilly met haar opmerkelijke werk en haar niet-aflatende inspanningen om de democratie te ondersteunen door de verantwoordingsplicht en transparantie van de instellingen, organen en instanties van de EU te vergroten en ervoor te zorgen dat de EU-administratie de bezorgdheid van de burgers ernstig neemt;

3.spreekt zijn waardering uit voor de constructieve samenwerking tussen de Europese Ombudsman en het Europees Parlement, met name de Commissie verzoekschriften, alsmede andere EU-instellingen;

4.is ingenomen met de publicatie door de Ombudsman van een gids over toegang tot EU-documenten, die tot doel heeft burgers bewuster te maken van hun recht op toegang tot documenten en hen in staat te stellen de besluitvorming van de EU te controleren; is van mening dat het van essentieel belang is burgers passende informatie te blijven verstrekken over de rol en de reikwijdte van de activiteiten van de Ombudsman en hoe deze de ontwikkeling van de EU-instellingen beïnvloedt;

5.is ingenomen met de aanbevelingen naar aanleiding van het initiatiefonderzoek van de Ombudsman naar de tijd die de Commissie nodig heeft voor de behandeling van verzoeken om toegang van het publiek tot documenten; verzoekt de Commissie de behandeling van dergelijke verzoeken te verbeteren, haar systemische vertragingen met spoed aan te pakken en de termijnen in acht te nemen die zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr.1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie; onderschrijft het standpunt van de Ombudsman dat documenten en gevraagde informatie vaak voor een beperkte tijd relevant zijn, en aan relevantie voor de aanvragers kunnen verliezen wanneer vertraging optreedt; is van mening dat de Commissie proactief documenten en statistieken moet publiceren over de wijze waarop zij omgaat met verzoeken om toegang tot documenten, aangezien dergelijke informatie van groot belang is om de transparantie op dit gebied te verbeteren en de verantwoordingsplicht van de Commissie jegens burgers te versterken; onderstreept dat de transparantie van het besluitvormingsproces centraal staat in veel onderzoeken van de Ombudsman, met name met betrekking tot lobbyactiviteiten;

6.onderstreept dat toegang van het publiek tot documenten een grondrecht van EU-burgers is, en een hoeksteen van de Europese democratie; herinnert eraan dat de technologische en maatschappelijke ontwikkelingen sinds de vaststelling van Verordening(EG) nr.1049/2001 een aanpassing aan de nieuwe digitale context noodzakelijk maken; erkent de noodzaak tot herziening van de verordening en dringt er bij de Raad op aan onverwijld constructieve onderhandelingen te beginnen met het Parlement en de Commissie over deze herziening, teneinde deze drie belangrijke EU-instellingen om te vormen tot modellen van transparantie en publieke verantwoording voor de hele EU; is er stellig van overtuigd dat onderhandelingen over de herziening van Verordening (EG) nr.1049/2001 gebaseerd moeten zijn op het reeds door het Parlement aangenomen standpunt en dat het toepassingsgebied ervan moet worden uitgebreid tot alle instellingen, organen en agentschappen van de EU, waardoor de verantwoordingsplicht van het besluitvormingsproces wordt versterkt; herinnert in dit verband aan het standpunt van het Parlement dat onder “document” moet worden verstaan: iedere gegevensinhoud, ongeacht de drager ervan (op papier, in elektronische vorm, als geluids-, beeld- of audiovisuele opname), betreffende een materie die tot de bevoegdheid van een instelling, orgaan of instantie van de Unie behoort[4]; benadrukt dat het van essentieel belang is dat de instellingen transparant zijn in hun betrekkingen met burgers, zoals ook wordt erkend door de Ombudsman in haar onderzoek naar de transparantie van trialogen[5], waarin de Ombudsman begrip toonde voor de specifieke uitdagingen en gevoeligheden binnen het EU-systeem van interinstitutionele onderhandelingen, maar de instellingen verzocht zich in te spannen om dergelijke uitdagingen te overwinnen, zodat burgers hun democratische rechten daadwerkelijk kunnen uitoefenen;

7.onderschrijft de conclusies van het speciaal verslag van de Ombudsman[6] aan het Europees Parlement over de tijd die de Europese Commissie nodig heeft voor de behandeling van verzoeken om toegang van het publiek tot documenten, en is bezorgd door de beoordeling van de Ombudsman dat deze systemische en aanzienlijke vertragingen bij de behandeling door de Commissie van verzoeken om toegang van het publiek tot documenten neerkomen op wanbeheer; onderstreept dat het belangrijk is dat de Commissie meer middelen uittrekt voor de behandeling van confirmatieve verzoeken uit hoofde van Verordening (EG) nr.1049/2001 alsook de noodzaak voor een proactievere benadering wat betreft transparantie en een constructievere houding jegens aanvragers; verzoekt de Commissie deze situatie met voorrang te corrigeren middels een hervorming van haar handelswijze ten aanzien van toegang tot documenten; herinnert de Commissie aan het recht van het Parlement om tegen de Commissie beroep in te stellen bij het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) en verwacht een duidelijke en ondubbelzinnige toezegging van het nieuwe college van commissarissen om deze situatie te verhelpen;

8.neemt kennis van het onderzoek van de Ombudsman naar de mate waarin het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie het EU-recht en de besluiten van het HvJ-EU toepassen met betrekking tot verzoeken om toegang van het publiek tot wetgevingsdocumenten, waarin de Ombudsman benadrukte dat tijdige toegang van het publiek tot wetgevingsdocumenten gewaarborgd moet zijn alsook dat de deelname van de EU-burgers aan het wetgevingsproces van de EU moet worden vergemakkelijkt; erkent het belang van de tijdige behandeling van verzoeken om toegang tot documenten door alle instellingen om een gevoel van vertrouwen in het wetgevingsproces van de EU te bevorderen, dat gebaseerd is op de hoofdbeginselen van transparantie en toegang van het publiek tot informatie, zoals bevestigd door de jurisprudentie van het HvJ-EU; herinnert eraan dat de EU-instellingen volgens de jurisprudentie van het HvJ-EU alleen in uitzonderlijke omstandigheden kunnen weigeren wetgevingsdocumenten openbaar te maken en dat hun motivering daarvoor gebaseerd moet zijn op specifieke en concrete feiten;

9.neemt kennis van het voornemen van de Ombudsman om een breder onderzoek in te stellen naar de manier waarop de Commissie de begrippen milieu-informatie en informatie met betrekking tot emissies in het milieu interpreteert; is met name bezorgd over het feit dat de Ombudsman heeft vastgesteld dat er sprake is van wanbeheer bij de weigering van de Commissie om toegang te verlenen tot documenten over de broeikasgasemissies van de keramische industrie die zijn gerapporteerd in het kader van het EU-emissiehandelssysteem; betreurt het dat de Commissie de door de Ombudsman voorgestelde oplossing heeft verworpen en er niet in is geslaagd de vereiste transparantie te waarborgen en volledige uitvoering te geven aan Verordening (EG) nr.1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6september2006 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden op de communautaire instellingen en organen[7] en het Verdrag van Aarhus; verzoekt de Commissie de toegang van het publiek tot milieu-informatie te waarborgen, in overeenstemming met het EU-recht en de desbetreffende jurisprudentie van het HvJ-EU, en de inspraak van het publiek bij de besluitvorming met betrekking tot het milieu te bevorderen; is bezorgd over het feit dat de weigering van de Commissie om toegang te verlenen tot alle verzochte documenten betreffende de broeikasgasemissies die in het kader van het EU-emissiehandelssysteem zijn gerapporteerd, zich ook uitstrekt tot industriële installaties die niet tot de keramische industrie behoren, en verzoekt de Ombudsman de bevindingen van de onderzoeken onder de aandacht te blijven brengen teneinde de transparantie te vergroten; herinnert eraan dat een aanzienlijk aantal verzoekschriften aan het Europees Parlement betrekking heeft op het niet of beperkt toegankelijk zijn van milieu-informatie;

10.verzoekt de Raad het publiek volledige toegang te verlenen tot een juridisch advies inzake Richtlijn (EU)2022/2041 van het Europees Parlement en de Raad van 19oktober2022[8] betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie, in overeenstemming met de aanbeveling van de Ombudsman, waarin wanbeheer in deze kwestie wordt vastgesteld;

11.schaart zich achter de Ombudsman bij haar inspanningen om verder bij te dragen aan de verduidelijking van wat een EU-document is en benadrukt dat de EU-instellingen gevolg moeten geven aan de aanbevelingen van de Ombudsman en hun administratieve praktijken aanpassen aan de veranderende communicatiemiddelen; benadrukt dat het recht van burgers op toegang van het publiek tot informatie van toepassing is op geschreven fysieke en elektronische documenten, alsook op audio- en audiovisuele opnamen die verband houden met beleid, activiteiten en besluiten van de instellingen, en herinnert eraan dat werkgerelateerde tekst- en instant messaging-berichten worden beschouwd als “documenten” in de zin van Verordening (EG) nr.1049/2001; betreurt de gevallen waarin de Commissie het publiek geen toegang heeft verleend tot documenten in de vorm van e-mails of tekstberichten, zoals die met betrekking tot ontwerpstrategieën van de EU inzake bodem, bossen en aanpassing aan de klimaatverandering of uitwisselingen tussen de voorzitter van de Commissie en de CEO van een farmaceutisch bedrijf in verband met de aankoop van COVID-19-vaccins;

12.waardeert de inzet van de Ombudsman voor het handhaven van de grondrechten in het kader van activiteiten op het gebied van migratie; merkt op dat de Ombudsman de Commissie om nadere uitleg heeft verzocht over de wijze waarop zij de eerbiediging van de mensenrechten wil waarborgen in het kader van het memorandum van overeenstemming tussen de EU en Tunesië, teneinde ervoor te zorgen dat de EU haar verplichtingen op het gebied van de mensenrechten nakomt; benadrukt dat alle instellingen, organen en agentschappen van de EU verplicht zijn de mensenrechten en de fundamentele vrijheden te eerbiedigen, zoals uiteengezet in de Verdragen en het Handvest;

13.neemt kennis van het besluit van de Commissie om samen met de nationale en lokale autoriteiten het effect op de grondrechten te beoordelen van door de EU gefinancierde voorzieningen voor migratiebeheer, na een onderzoek ter zake op eigen initiatief van de Ombudsman; benadrukt dat de lokale bewoners ook rechten hebben;

14.is ingenomen met de onderzoeken van de Ombudsman naar aanleiding van Qatargate in het Parlement; staat volledig achter de conclusies van de Ombudsman dat de ethische en anticorruptieregels van de EU moeten worden nageleefd en versterkt door de EU-instellingen en dat de uitvoering van hervormingen op dit gebied door het Parlement naar behoren moet worden gemonitord en gehandhaafd op alle niveaus; benadrukt dat het Parlement en de Commissie altijd bijzondere aandacht moeten besteden aan directe en indirecte lobbyactiviteiten om lacunes en zwakke punten vast te stellen die de transparantie en verantwoordingsplicht in het gedrang kunnen brengen en het risico op potentiële belangenconflicten kunnen vergroten; is ingenomen met de aanzienlijke vooruitgang die is geboekt met betrekking tot de huidige gedragscode voor leden van het Europees Parlement met betrekking tot integriteit en transparantie, en moedigt de Ombudsman aan om in voorkomend geval het uitvoeringsproces daarvan te blijven monitoren; onderstreept dat ethische regels strikt moeten worden nageleefd om het vertrouwen van burgers in de Europese instellingen te vergroten;

15.benadrukt de cruciale rol van transparantie, goed bestuur en institutionele checks-and-balances in het werk van de EU-instellingen;

16.neemt kennis van de onderzoeken van de Ombudsman naar risico’s van belangenconflicten binnen de Commissie, met name op het gebied van het Europees Defensiefonds (EDF), mede gezien het feit dat de Commissie niet verplicht is de namen bekend te maken van de deskundigen die zij raadpleegt over EDF-gerelateerde projecten; wijst in dit verband op de suggestie van de Ombudsman dat de Commissie de belangenverklaringen van de leden van de Raad voor regelgevingstoetsing proactief moet publiceren en, indien nodig, de desbetreffende regels voor de raad moet wijzigen;

17.neemt kennis van de oproep van de Ombudsman aan de Europese Investeringsbank (EIB) om haar regels inzake belangenconflicten te verbeteren en de toezichthoudende rol van haar Commissie ethiek en compliance te versterken, na de beslissing van haar vicevoorzitter om de functie van CEO te gaan bekleden bij een nationale stimuleringsbank; moedigt de Ombudsman in dit verband aan zich te blijven richten op de kwestie van afkoelingsperioden en draaideurbewegingen door hooggeplaatste personeelsleden van alle EU-instellingen, -agentschappen en -organen, teneinde de strengste ethische normen op het gebied van transparantie en publieke verantwoording te waarborgen;

18.is ingenomen met de wijzigingen die de Commissie heeft aangebracht in haar interne richtsnoeren inzake overheidsopdrachten, die in het kader van het onderzoek van de Ombudsman positief zijn beoordeeld en die haar omgang met potentiële professionele belangenconflicten bij aanbestedingen verbeteren;

19.moedigt de Commissie aan haar inspanningen op te voeren om de transparantie met betrekking tot de herstel- en veerkrachtfaciliteit te vergroten en verzoekt de Commissie om haar behandeling van verzoeken om toegang van het publiek tot documenten in verband met de herstel- en veerkrachtfaciliteit te verbeteren en voorlopige beoordelingen van de betalingsverzoeken van de lidstaten te blijven publiceren;

20.is ingenomen met het besluit van de Ombudsman om op eigen initiatief een onderzoek in te stellen naar de vertragingen van de Commissie bij het risicobeheer van gevaarlijke chemische stoffen, teneinde de vertragingen te onderzoeken bij de invoering van beperkingen om de risico’s van specifieke chemische stoffen terug te brengen tot een minimum en bij het plaatsen van chemische stoffen op de lijst van stoffen waarvoor voorafgaande toestemming vereist is;

21.is bezorgd over het feit dat de Ombudsman verschillende transparantieproblemen heeft vastgesteld in de interacties van de Commissie met de tabaksindustrie; merkt echter op dat de Commissie zich ertoe heeft verplicht de blootstelling van haar diensten aan lobbyactiviteiten door de tabaksindustrie verder te beoordelen; herinnert de Commissie eraan dat de EU en al haar lidstaten het Kaderverdrag van de Wereldgezondheidsorganisatie voor de bestrijding van tabaksgebruik hebben ondertekend en dat zij daarom verplicht zijn om bij de vaststelling en uitvoering van hun volksgezondheidsbeleid met betrekking tot de bestrijding van tabaksgebruik maatregelen te nemen om dit beleid te beschermen tegen commerciële en andere gevestigde belangen van de tabaksindustrie;

22.herinnert aan de dwingende verplichting van de EU-instellingen om te zorgen voor een dienstverlening door onafhankelijke en goed gekwalificeerde ambtenaren die worden aangeworven op een open manier waarbij wordt gestreefd naar een passend geografisch evenwicht tussen nationaliteiten en talen; wijst erop dat de Ombudsman een onderzoek heeft uitgevoerd naar de wijze waarop het Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) preselectietests heeft uitgevoerd in het kader van een procedure voor de aanwerving van nieuw personeel voor het ambtenarenapparaat van de EU, en problemen heeft vastgesteld met betrekking tot de organisatie van tests die uitsluitend worden uitgevoerd op afstand; verzoekt EPSO zijn aanwervingsprocedures te verbeteren door ervoor te zorgen dat technische vereisten geen nadeel opleveren voor bepaalde kandidaten, en aan de kandidaten duidelijke informatie te verstrekken; is van mening dat kandidaten de mogelijkheid moeten krijgen om desgewenst aan deze tests deel te nemen terwijl zij fysiek aanwezig zijn in een testcentrum, zoals gebruikelijk was vóór de COVID‑19-pandemie;

23.is ingenomen met het feit dat het Bureau van de Europese Ombudsman in 2023 zijn rol is blijven bekendmaken en zijn werkzaamheden bij een zo breed mogelijk publiek is blijven promoten en dat het heeft deelgenomen aan het Europees Jongerenevenement (EYE2023); benadrukt het belangrijke karakter van het door de Ombudsman georganiseerde debat, met deelname van de Commissie en het Parlement, over de naleving van het integriteitskader van de EU-administratie;

24.juicht de onderzoeken van de Ombudsman toe naar aanleiding van klachten van personen met een handicap, en moedigt haar aan in haar werk als actief deelnemer aan het EU-kader voor het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap; acht het persistente toezicht van de Ombudsman op de uitvoering door de EU-administratie van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap belangrijk, en verzoekt alle EU-instellingen de grootst mogelijke aandacht te besteden aan de door de Ombudsman in haar onderzoeken naar de rechten van personen met een handicap geformuleerde aanbevelingen; waardeert het voorzitterschap van de Ombudsman in 2023 van het EU-kader voor het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap en haar voortdurende werkzaamheden als lid van dat kader;

25.benadrukt dat de “Europese toegankelijkheidswet”[9] op 17april2019 is aangenomen en dat de uiterste datum voor de omzetting ervan door de lidstaten 28juni2022 was; onderstreept dat het belangrijkste doel van de Europese toegankelijkheidswet erin bestond het leven voor ten minste 87miljoen personen met een handicap gemakkelijker te maken en hun toegang tot onder meer openbaar vervoer, bankdiensten, computers, tv’s, e-boeken en onlinewinkels te vergemakkelijken; betreurt ten zeerste dat geen van de lidstaten erin is geslaagd deze richtlijn volledig en consistent om te zetten en dat zij hierbij steeds weer vertraging oplopen, zoals wordt bevestigd door de lopende inbreukprocedures die door de Commissie tegen alle lidstaten zijn ingeleid; verzoekt de Ombudsman deze zeer ernstige schending van het EU-recht, welke de rechten van personen met een handicap ernstig ondermijnt, aan de orde te stellen als onderdeel van de activiteiten die zij in het EU-kader voor het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap verricht, teneinde deze kwestie met voorrang te helpen oplossen;

26.is ingenomen met het onderzoek van de Ombudsman naar de wijze waarop de Commissie de regel in het Statuut van de ambtenaren van de EU toepast met betrekking tot de verdubbeling van de kindertoelage om te helpen bij de zorg voor kinderen met een handicap; is in dit verband ingenomen met het initiatief van de Commissie om de toepasselijke regels voor de gehele EU-administratie te herzien, om te zorgen voor een individuele inhoudelijke beoordeling van alle aanvragen voor dit soort vergoedingen;

27.benadrukt het feit dat het Europees netwerk van ombudsmannen (ENO) en de jaarlijkse bijeenkomsten via het ENO met nationale en regionale ombudsmannen belangrijk zijn om het bewustzijn te vergroten van wat de Europese Ombudsman voor de Europese burgers kan doen; moedigt de Ombudsman aan om aan de uitwisseling van ervaringen en beste praktijken met nationale ombudsmannen via het ENO te blijven deelnemen; neemt kennis van het feit dat in de jaarlijkse ENO-conferentie van 2023 gefocust werd op de bescherming van de mensenrechten en de aanpak van de voor- en potentiële nadelen van het gebruik van AI in het openbaar bestuur;spoort maatschappelijke organisaties aan om beter gebruik te maken van de diensten van de Europese Ombudsman om de EU-instellingen te controleren, transparantie te waarborgen en gevallen van niet-naleving van het EU-recht te behandelen;

28.dringt aan op voortzetting van de nauwe samenwerking tussen de Ombudsman en de Commissie verzoekschriften van het Europees Parlement, die de gedeelde taak hebben de EU-instellingen dichter bij de burgers te brengen; spreekt zijn grote waardering uit voor de aandacht en follow-up die de Ombudsman geeft aan alle klachten, met inbegrip van de doorverwijzing van klachten die buiten het mandaat van de Ombudsman vallen en die gaan over de uitvoering van EU-wetgeving, naar een andere relevante instantie of naar de Commissie verzoekschriften van het Parlement; moedigt het bureau van de Ombudsman aan zich daartoe te blijven inspannen, aangezien samenwerking met de Commissie verzoekschriften, tijdige informatie en toegang tot documenten in alle 24officiële EU-talen de effectieve deelname van burgers en het maatschappelijk middenveld aan het besluitvormingsproces kan vergroten;

29.spreekt zijn waardering uit voor het feit dat het aanvaardingspercentage van de EU-instellingen, d.w.z. het aantal positieve reacties in verhouding tot het totaal aantal door de Ombudsman gedane voorstellen om hun administratieve praktijken te corrigeren of te verbeteren, in 2023 81% bedroeg, hetgeen een verbetering is ten opzichte van het voorgaande jaar; is er echter vast van overtuigd dat de instellingen, organen en instanties van de Unie volledig en consequent gevolg moeten geven aan alle oplossingen, aanbevelingen en suggesties van de Ombudsman;

30.prijst de Ombudsman voor haar permanente constructieve werkrelatie met de Commissie, de EU-instelling waarop de meeste onderzoeken van de Ombudsman betrekking hebben; merkt op dat deze relatie de Commissie helpt haar administratieve procedures efficiënter en transparanter te maken;

31.waardeert en verwelkomt de inspanningen van de Ombudsman en haar bureau om hun interne procedures voortdurend te verbeteren, teneinde ervoor te zorgen dat klagers een optimale ervaring hebben en dat klachten zo efficiënt mogelijk worden behandeld; moedigt de inspanningen van de Ombudsman aan om de zichtbaarheid van haar activiteiten verder te verbeteren en is ingenomen met de verbeteringen in het online klachtensysteem van de Ombudsman, waardoor dit gebruiksvriendelijker is geworden; is ingenomen met de meertalige website van de Ombudsman, die het engagement van de Ombudsman weerspiegelt om bijstand te verlenen in de 24officiële talen van de EU;benadrukt dat het belangrijk is te waarborgen dat personen met een handicap volledige toegang hebben tot het complete scala aan middelen dat de EU haar burgers biedt, met name door middel van systematische vertaal- en tolkdiensten in alle officiële talen, en ook voor gebarentaal;

32.verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie en het verslag van de Commissie verzoekschriften te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de Europese Ombudsman, de regeringen en parlementen van de lidstaten en de ombudsmannen of soortgelijke organen in de lidstaten.


TOELICHTING

Het jaarverslag over de werkzaamheden van de Europese Ombudsman in 2023 werd op 18april 2024 officieel ingediend bij de voorzitter van het Europees Parlement, RobertaMetsola. De Ombudsman, EmilyO’Reilly, heeft het verslag op 4september 2024 bij de Commissie verzoekschriften te Brussel gepresenteerd.

Het mandaat van de Ombudsman is verankerd in de artikelen24 en228 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Artikel24VWEU en artikel43 van het Handvest van de grondrechten van de EU voorzien in het recht om een klacht in te dienen bij de Europese Ombudsman. Overeenkomstig artikel228 VWEU krijgt een door het Europees Parlement gekozen Europese Ombudsman de bevoegdheid om kennis te nemen van klachten van burgers van de Unie of van natuurlijke of rechtspersonen met verblijfplaats of statutaire zetel in een lidstaat over gevallen van wanbeheer bij het optreden van de instellingen, organen of instanties van de Unie, met uitzondering van het Hof van Justitie van de Europese Unie bij de uitoefening van zijn gerechtelijke taak.

Een ander belangrijk artikel dat verband houdt met de rol van de Ombudsman is artikel41, lid1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, waarin wordt benadrukt dat “eenieder [...] er recht op [heeft] dat zijn zaken onpartijdig, billijk en binnen een redelijke termijn door de instellingen, organen en instanties van de Unie worden behandeld”.

De Europese Ombudsman helpt personen, bedrijven en organisaties die problemen hebben met de EU-administratie, door ontvangen klachten te behandelen en door goede bestuurspraktijken te bevorderen door proactief bredere systemische problemen binnen de EU-instellingen in kaart te brengen. De Ombudsman is niet in staat om alle klachten die binnenkomen te onderzoeken, maar het bureau van de Ombudsman probeert wel om iedereen die om hulp vraagt te helpen, bijvoorbeeld door de indiener van de klacht te wijzen op andere rechtsmiddelen/klachtenmechanismen.

In 2023 richtten 17550burgers zich tot de Ombudsman, waarvan er 14423advies kregen via de Interactieve Gids op de website van de Ombudsman. Daarnaast werden 1735gevallen aangemerkt als verzoek om informatie, die vervolgens door de diensten van de Ombudsman werden beantwoord, en 2392als klacht, die als zodanig door de Ombudsman werden behandeld.

Van de in totaal 2392klachten die in 2023 door de Ombudsman werden behandeld, vielen 886 binnen het mandaat van de Ombudsman en 1506erbuiten.

In 2023 behandelde de Europese Ombudsman 1506klachten die buiten haar mandaat vielen, in de meeste gevallen omdat ze geen betrekking hadden op de werkzaamheden van de EU-administratie. Meer dan 40% van die klachten kwam uit Spanje, Polen en Duitsland. Burgers richtten klachten tot de Ombudsman over kwesties in verband met gelijke behandeling of discriminatie, rechtszaken, consumentenbescherming, banken en administratieve transparantie. De klachten die buiten het mandaat van de Ombudsman vielen hadden voornamelijk betrekking op problemen met nationale, regionale of lokale overheidsinstanties, regeringen en overheidsdiensten en nationale of internationale rechterlijke instanties (zoals het Europees Hof voor de Rechten van de Mens). Ook waren er klachten die weliswaar betrekking hadden op EU-instellingen, maar die verband hielden met politieke of wetgevingswerkzaamheden en die daarom eveneens buiten het mandaat van de Ombudsman vielen.

In het geval van klachten die buiten het mandaat van de Ombudsman vielen, verduidelijkte de Ombudsman haar mandaat en adviseerde zij klagers om zich tot andere organen te wenden die hulp kunnen bieden, bijvoorbeeld de nationale en regionale ombudsdiensten, de EU-instellingen (meestal de Europese Commissie en het Europees Parlement) en netwerken zoals SOLVIT en de Europese consumentencentra. Indieners van klachten die ontevreden waren over bepaalde EU-wetgeving kregen het advies om zich tot de Commissie verzoekschriften van het Europees Parlement te wenden.

In2023 opende de Ombudsman 398onderzoeken, waarbij het in 393gevallen ging om een onderzoek naar aanleiding van een klacht en in 5gevallen om een onderzoek op eigen initiatief. Er werden 372onderzoeken afgesloten (369onderzoeken naar aanleiding van een klacht en 3onderzoeken op eigen initiatief).

Het grootste deel van de onderzoeken van de Ombudsman in 2023 had betrekking op de Commissie (250onderzoeken, oftewel 62,81%), gevolgd door onderzoeken met betrekking tot het Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) (47onderzoeken, oftewel 11,81%), het Europees Parlement (16onderzoeken, oftewel 4,02%) en het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) (11onderzoeken, oftewel 2,76%). In de overige gevallen ging het om onderzoeken met betrekking tot: het Europees Bureau voor fraudebestrijding (7onderzoeken of 1,76%), de Raad van de Europese Unie (7onderzoeken of 1,76%), de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming (6onderzoeken of 1,51%), de Europese Dienst voor extern optreden (6onderzoeken of 1,51%), het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (5onderzoeken of 1,26%), andere EU-agentschappen (33onderzoeken of 8,27%) en andere EU-instellingen of -organen (12onderzoeken of 3,01%).

In de onderzoeken die in 2023 door de Europese Ombudsman werden afgesloten, werd de zaak in 206gevallen (55,4%) door de instelling in orde gebracht, werd er in 99gevallen (26,6%) geen wanbeheer geconstateerd en werd er in 27gevallen (7,3%) wanbeheer geconstateerd, waarna de instelling gevolg gaf aan een door de Ombudsman gedane aanbeveling.

De gemiddelde duur van het onderzoek bij de in 2023 door de Europese Ombudsman afgesloten zaken bedroeg minder dan 6maanden. 203zaken (54%) werden afgesloten binnen 3maanden, 114zaken (31%) duurden 3 tot 12maanden, 40zaken (11%) duurden 12 tot 18maanden en slechts 15zaken (4%) werden afgesloten na meer dan 18maanden.

Het aanvaardingspercentage (percentage positieve antwoorden op het totale aantal voorstellen van de Ombudsman) voor 2023, dat betrekking heeft op zaken die werden afgesloten in 2022, bedroeg 81%. Van de 83voorstellen van de Ombudsman voor aanpassing of verbetering van de administratieve praktijken van de instellingen, namen de EU-instellingen er 67 ter harte.

Bij de door de Ombudsman in 2023 afgesloten onderzoeken kwamen de volgende drie punten van zorg het vaakst aan de orde: transparantie en verantwoordingsplicht (34,2%), de dienstencultuur (21,5%) en aanwerving (15,3%). Andere punten van zorg waren: goede afhandeling van personeelskwesties, het juiste gebruik van discretionaire bevoegdheden (onder meer bij inbreukprocedures), behoorlijk bestuur bij inbreukprocedures, eerbiediging van de grondrechten, eerbiediging van procedurele rechten, subsidies, aanbestedingen, contracten, ethische kwesties, inspraak van de burgers bij EU-besluitvormingsprocessen en goed financieel beheer;

Naast de kerntaken in verband met de behandeling van klachten voert de Ombudsman ook bredere onderzoeken uit naar systemische problemen binnen de EU-instellingen en ontplooit zij initiatieven ter zake. In het kader van zijn strategische werkzaamheden in 2023 voerde het Bureau van de Ombudsman strategische onderzoeken uit en nam het strategische initiatieven met betrekking tot verschillende onderwerpen:

Toegang tot documenten

Het recht op toegang tot documenten is een grondrecht dat de transparantie en legitimiteit waarborgt van de EU-instellingen. Documenten en informatie die door het publiek worden opgevraagd, zijn vaak tijdgevoelig en kunnen voor de verzoeker niet langer relevant zijn als zich vertragingen voordoen.Uit het onderzoek op eigen initiatief van de Ombudsman in 2023 naar de tijd die de Europese Commissie nodig heeft voor de behandeling van verzoeken om toegang van het publiek tot documenten is gebleken dat er sprake is van systemische en aanzienlijke vertragingen, met name bij de behandeling door de Commissie van verzoeken om herziening van initiële besluiten inzake verzoeken om toegang, en dat zij vaak niet voldoet aan de termijnen die zijn vastgesteld in de toepasselijke wetgeving.De Ombudsman concludeerde dat de aanzienlijke systemische vertragingen en de niet-naleving door de Commissie van de termijnen uit hoofde van Verordening (EG) nr.1049/2001 neerkomen op wanbeheer. Naar aanleiding van het onderzoek heeft de Ombudsman de Europese Commissie verzocht om systemische vertragingen bij de behandeling van verzoeken om toegang tot documenten, met name confirmatieve verzoeken, aan te pakken. Bovendien heeft de Ombudsman een speciaal verslag toegezonden aan het Europees Parlement, waarin zij het Parlement om steun verzocht om de Commissie ertoe te bewegen aan de aanbeveling van de Ombudsman gevolg te geven. Het verslag is besproken met leden van het Europees Parlement in de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken.

De Ombudsman opende op eigen initiatief een onderzoek naar de wijze waarop het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie verzoeken om toegang van het publiek tot wetgevingsdocumenten behandelen. Het onderzoek heeft met name betrekking op de tijd die nodig is om dergelijke verzoeken te behandelen en op de wijze waarop de instellingen uitzonderingen toepassen waarin in de EU-wetgeving inzake de toegang van het publiek is voorzien, om toegang te weigeren.De Ombudsman heeft getracht documenten te inspecteren die in het bezit zijn van de instellingen die verband houden met verzoeken om toegang van het publiek tot documenten met betrekking tot de wet inzake digitale markten, de herziening van de richtlijn betreffende het emissiehandelssysteem van de EU en de richtlijn betreffende het minimumloon.

In het onderzoek “De tijd die het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) nodig heeft om verzoeken om toegang van het publiek tot documenten te behandelen” heeft de Ombudsman problemen vastgesteld met de praktijken die Frontex toepast bij de behandeling van verzoeken die het onnauwkeurig acht of die betrekking hebben op een groot aantal documenten of grote documenten.De Ombudsman was van mening dat dit neerkomt op wanbeheer en deed een aanbeveling aan Frontex om de praktijken stop te zetten.

De Ombudsman heeft ook gekeken naar de transparantie van de besluitvorming van de Raad van de EU met betrekking tot sancties in de context van de Russische invasie van Oekraïne. De Ombudsman nam nota van de uitleg van de Raad waarom hij niet proactief meer documenten over de vaststelling van sancties beschikbaar kan stellen, maar spoorde de Raad aan zich te blijven inspannen om het publiek zo veel mogelijk op adequate wijze over de beperkende maatregelen te informeren.

In een onderzoek naar de besluitvorming op milieugebied uitte de Ombudsman kritiek op de weigering van de Commissie om toegang te verlenen tot documenten over de broeikasgasemissies van de keramische industrie die zijn gerapporteerd in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (EU ETS). De Ombudsman gaf te kennen een ruimer onderzoek te willen instellen naar de manier waarop de Commissie de begrippen milieu-informatie en informatie over emissies in het milieu interpreteert, aangezien het bijzonder belangrijk is te zorgen voor een transparante besluitvorming op milieugebied.

Daarnaast publiceerde de Ombudsman in 2023 een gids voor de toegang tot EU-documenten, om burgers bewuster te maken van en inzicht te verschaffen in dit publieke recht en hen in staat te stellen de besluitvorming van de EU te controleren. Bovendien heeft de Ombudsman bijgedragen tot de verduidelijking van wat een EU-document is door kritiek te leveren op het feit dat de Commissie specifieke e-mails aanvankelijk niet opnam in het toepassingsgebied van een verzoek om toegang.

Grondrechten

In 2023 opende de Ombudsman op eigen initiatief een onderzoek naar de wijze waarop het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) zijn verplichtingen inzake grondrechten nakomt in de context van zijn opsporings- en reddingsoperaties. In het onderzoek werd onderzocht hoe Frontex de eerbiediging van de grondrechten waarborgt in het kader van opsporings- en reddingsoperaties (SAR) in de Middellandse Zee bij het uitvoeren van zijn bewakingsactiviteiten en gezamenlijke maritieme operaties met de autoriteiten van de lidstaten. Het onderzoek heeft tekortkomingen aan het licht gebracht in de wijze waarop Frontex reageert in maritieme noodsituaties waarbij het betrokken wordt, en om deze tekortkomingen aan te pakken, heeft de Ombudsman een reeks suggesties gedaan voor de werkzaamheden van Frontex.

In een onderzoek op eigen initiatief om te beoordelen hoe de Europese Commissie de eerbiediging van de grondrechten waarborgt in door de EU gefinancierde voorzieningen voor migratiebeheer in Griekenland, heeft de Ombudsman problemen vastgesteld met de wijze waarop de Commissie voldoet aan haar plicht om ervoor te zorgen dat de multifunctionele opvang- en identificatiecentra (MPRIC’s) voor de opvang van migranten en asielzoekers voldoen aan de normen op het gebied van grondrechten.Het onderzoek bracht ook problemen aan het licht met de transparantie van de taskforce voor migratiebeheer, die door de Commissie is opgericht om de omstandigheden te verbeteren en een einde te maken aan de overbevolking in opvangcentra voor migranten. De Ombudsman deed suggesties om deze kwesties aan te pakken en was ingenomen met het besluit van de Commissie om samen met de lokale autoriteiten het effect van voorzieningen voor migratiebeheer in Griekenland op de grondrechten te beoordelen, deze beoordeling openbaar te maken en haar periodiek te herzien.

In het kader van zijn strategische werkzaamheden heeft de Ombudsman de Europese Commissie ook om meer informatie gevraagd over het in juli 2023 tussen de EU en Tunesië ondertekende memorandum van overeenstemming (MoU), met name over de wijze waarop zij van plan is de eerbiediging van de mensenrechten te waarborgen bij migratiegerelateerde acties die uit de overeenkomst voortvloeien.

In 2023 sloot de Ombudsman een initiatief af waarin werd onderzocht hoe het Asielagentschap van de Europese Unie zijn verplichtingen op het gebied van de grondrechten nakomt en ervoor zorgt dat verantwoording wordt afgelegd voor mogelijke schendingen van de grondrechten, en waarin suggesties werden gedaan om de vastgestelde tekortkomingen aan te pakken.

Ethische kwesties

In 2023 onderzocht de Ombudsman risico’s op belangenconflicten op gebieden zoals het Europees Defensiefonds (EDF). De Ombudsman opende een onderzoek naar de wijze waarop de Commissie ervoor zorgt dat er geen belangenconflicten zijn bij externe deskundigen die projectvoorstellen in het kader van het EDF beoordelen, aangezien de Commissie, in tegenstelling tot de algemene praktijk voor de beoordeling van voorstellen die EU-financiering moeten ontvangen, niet verplicht is de namen van de deskundigen die zij voor deze projecten raadpleegt, openbaar te maken. De Ombudsman vroeg de Commissie hoe haar ambtenaren de eigen verklaringen van deskundigen evalueren en controleren, hoe vaak er belangenconflicten zijn vastgesteld, of de Commissie richtsnoeren heeft voor situaties waar deskundigen ondanks mogelijke belangenconflicten toch kunnen worden behouden, en hoe de Commissie omgaat met waarschuwingen voor belangenconflicten die afkomstig zijn van externe bronnen.

In het strategisch onderzoek naar de transparantie van de interacties van de Europese Commissie met vertegenwoordigers van de tabaksindustrie heeft de Ombudsman vastgesteld dat de Commissie geen notulen heeft bijgehouden en beschikbaar heeft gesteld van vergaderingen met belangenbehartigers van de tabakssector en niet heeft gezorgd voor een systematische beoordeling, in alle directoraten-generaal, van de vraag of mogelijke bijeenkomsten met vertegenwoordigers van de tabaksindustrie nodig zijn. De Ombudsman stelde vast dat het verzuim van de Commissie om te zorgen voor een alomvattende aanpak van de transparantie van vergaderingen met vertegenwoordigers van de tabaksindustrie neerkomt op wanbeheer. De Ombudsman was echter ingenomen met de toezegging van de Commissie om de blootstelling van haar diensten aan lobbyactiviteiten door de tabaksindustrie verder te beoordelen.

Het verbeteren van het kader voor ethiek en transparantie van het Europees Parlement vormde een ander punt van zorg van de Ombudsman en er werd een reeks uitwisselingen met het Parlement georganiseerd over zijn plannen om zijn ethische regels te herzien. De Ombudsman heeft ook input geleverd over het 14‑puntenvoorstel voor herziening van de Voorzitter van het Parlement, RobertaMetsola. De Ombudsman erkende aanzienlijke vooruitgang bij de aanscherping van de regels, maar merkte op dat het niet duidelijk is hoe het Europees Parlement de nieuwe regels zal monitoren en handhaven.

De Ombudsman heeft een strategisch initiatief genomen om te onderzoeken hoe de Commissie omgaat met de vergoeding van reiskosten en ontvangstkosten door derden in het kader van zakenreizen. De Ombudsman heeft getracht de omvang van deze praktijk te bepalen en na te gaan hoe de Commissie controleert of er geen sprake is van belangenconflicten wanneer derden de door het personeel van de Commissie gemaakte kosten dekken, en de Commissie gevraagd hoe zij ervoor zorgt dat haar directeuren-generaal voldoen aan hun verplichting om informatie over lobbyvergaderingen tijdig openbaar te maken. De Ombudsman constateerde een kwetsbaarheid in het systeem van eigen verklaringen en moedigde de Commissie aan na te denken over verbeteringen om de naleving te waarborgen.

Verantwoordingsplicht in het kader van de besluitvorming

De Ombudsman opende op eigen initiatief een onderzoek naar de rol van de Europese Commissie op het gebied van risicobeheer met betrekking tot gevaarlijke chemische stoffen in de EU en met name naar de tijd die nodig is om stoffen op de autorisatielijst te plaatsen en beperkingen in te voeren om de risico’s terug te brengen tot een minimum.De opening van het onderzoek volgde op de bezorgdheid die is geuit tijdens de in 2022 door de Ombudsman gehouden openbare raadpleging over transparantie en verantwoordingsplicht in de EU-besluitvorming op het gebied van milieu, aangezien de respondenten diverse moeilijkheden hadden vastgesteld die het vermogen ondermijnen om besluitvormingsprocessen te volgen of daaraan bij te dragen. De Ombudsman heeft de Commissie een reeks vragen gesteld om na te gaan wat de omvang van de vertragingen is en wat de redenen ervoor zijn.

De Ombudsman heeft een strategisch initiatief uitgevoerd met betrekking tot de transparantie en verantwoordingsplicht bij de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit van de EU. In het initiatief werd gekeken naar de transparantie van de nationale herstel- en veerkrachtplannen, de openbare informatie- en communicatiestrategieën over de herstel- en veerkrachtfaciliteit en de wijze waarop toezicht wordt gehouden op de middelen.

De Ombudsman heeft een strategisch initiatief genomen over de wijze waarop het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) zorgt voor proactieve transparantie van gegevens over klinische proeven met geneesmiddelen waarvoor een EU-vergunning voor het in de handel brengen is aangevraagd. De Ombudsman was ingenomen met de inspanningen van het EMA om zijn proactieve publicatiebeleid volledig nieuw leven in te blazen en moedigde het EMA aan het publiek zo spoedig mogelijk informatie te verstrekken over de keuzes die het voor de volgende fasen van zijn nieuwe beleid wil maken.

De Ombudsman heeft ook een strategisch initiatief gestart om na te gaan hoe de Europese Commissie de transparantie waarborgt van de Handels- en Technologieraad EU-VS, een forum voor de EU en de VS om de aanpak van handels-, economische en technologische kwesties te coördineren en de trans-Atlantische handels- en economische betrekkingen te verdiepen.

Personeelskwesties

Naar aanleiding van een aanzienlijk aantal klachten over het gebruik door het Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) van tests op afstand in selectieprocedures voor de aanwerving van EU-ambtenaren, heeft de Ombudsman in 2023 op eigen initiatief een onderzoek ingesteld om de aan de orde gestelde kwesties nader te bekijken. Verschillende kandidaten klaagden over de tests, met name het feit dat zij uitsluitend kunnen worden afgelegd op afstand. Zij meldden technische problemen tijdens de tests en problemen met het ontvangen van bijstand van EPSO en zijn contractant.

Het onderzoek van de Ombudsman bracht verschillende problemen aan het licht met betrekking tot de organisatie van en het toezicht op de tests op afstand, onder meer met betrekking tot de door EPSO ingevoerde vereisten. Het onderzoek bracht ook tekortkomingen aan het licht in de door EPSO aan sollicitanten en kandidaten verstrekte informatie, alsook in de wijze waarop EPSO omgaat met klachten en met het bepalen van een nieuwe testdatum. De Ombudsman deed EPSO suggesties voor verbeteringen.

In een afzonderlijk strategisch initiatief vestigde de Ombudsman de aandacht van de Commissie op de informatie die zij verstrekt aan afgewezen deelnemers in het kader van openbareaanbestedings- en subsidieprocedures. De Ombudsman heeft de Commissie met name verzocht om aan afgewezen deelnemers duidelijkere informatie te verstrekken over de interne rechtsmiddelen waarover zij beschikken en over het feit dat zij deze moeten gebruiken alvorens zich te wenden tot de Ombudsman. De Ombudsman was tevreden met het antwoord van de Commissie en sloot het initiatief in 2023 af.

Europees netwerk van ombudsmannen

Het Europees netwerk van ombudsmannen (ENO) is een informeel netwerk dat wordt gecoördineerd door de Europese Ombudsman en bestaat uit meer dan 95bureaus uit heel Europa en de Commissie verzoekschriften van het Europees Parlement. Tijdens de jaarlijkse ENO-conferentie in 2023 lag de nadruk op de bescherming van de mensenrechten en werd nagedacht over de rol die ombudsmannen spelen bij het blootleggen van schade, het beschermen van de rechten van mensen en het ter verantwoording roepen van overheden. Het ENO besprak ook het gebruik van artificiële intelligentie (AI) in overheidsdiensten en verwelkomde de instelling van de ombudsman voor de mensenrechten in Bosnië en Herzegovina, die zich bij het netwerk aansluit.

Betrekkingen met het Europees Parlement

In 2023 bleef de Europese Ombudsman nauw samenwerken met het Europees Parlement en besprak zij, naast de presentatie van de werkzaamheden van haar bureau tijdens verschillende hoorzittingen van commissies en gedachtewisselingen, de in het Parlement gestarte hervormingen op het gebied van integriteit en transparantie. In september heeft de Ombudsman het Parlement een speciaal verslag toegezonden over de systemische vertragingen van de Europese Commissie bij de behandeling van verzoeken om toegang tot documenten. In 2023 nam een lid van het team strategische onderzoeken van de Ombudsman deel aan een discussie over de inspanningen van de EU-instellingen om te zorgen voor doeltreffende communicatie met en over personen met een handicap tijdens een jaarlijkse workshop over de rechten van personen met een handicap, georganiseerd door de Commissie verzoekschriften. De voorzitter van de Commissie verzoekschriften, DolorsMontserrat, nam als panellid ook deel aan de jaarlijkse conferentie van het Europees netwerk van ombudsmannen, waarvan de Commissie verzoekschriften lid is, tijdens een sessie over de EU-verkiezingen en de verkiezing van de Europese Ombudsman.

VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap

Als lid van het EU-kader voor het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap heeft de Ombudsman bijzondere aandacht besteed aan de uitvoering van dit verdrag door de EU-administratie.

Daarnaast heeft de Ombudsman in 2023 op het gebied van de rechten van personen met een handicap een aantal onderzoeken verricht. In februari heeft de Ombudsman haar onderzoek afgesloten naar de wijze waarop de Europese Commissie de regel in het Statuut van de ambtenaren van de EU toepast met betrekking tot de toekenning van een dubbele kindertoelage om te helpen bij de zorg voor kinderen met een handicap, met het verzoek aan de Commissie om haar aanpak te herzien. Tot slot presenteerde het Bureau van de Ombudsman zijn werkzaamheden in verband met de rechten van personen met een handicap tijdens verschillende evenementen die in de loop van 2023 plaatshadden, onder meer het vijfde Europees Parlement voor personen met een handicap.


BIJLAGE: ENTITEITEN WAARVAN OF PERSONEN VAN WIE DE RAPPORTEUR INPUT HEEFT ONTVANGEN

Overeenkomstig artikel8 van bijlageI bij het Reglement verklaart de rapporteur bij de opstelling van het verslag voorafgaand aan de goedkeuring ervan in de commissie input te hebben ontvangen van de volgende entiteiten of personen:

Entiteit en/of persoon

Kabinetslid Europese Ombudsman

De bovenstaande lijst is opgesteld onder de exclusieve verantwoordelijkheid van de rapporteur(s).

Wanneer natuurlijke personen in de lijst worden geïdentificeerd aan de hand van hun naam en/of functie verklaart de rapporteur aan de betrokken natuurlijke personen privacyverklaring nr.484 van het Europees Parlement (/data-protect/index.do) te hebben verstrekt, waarin de toepasselijke voorwaarden voor de verwerking van hun persoonsgegevens en de hiermee verbonden rechten worden toegelicht.


INFORMATIE OVER DE GOEDKEURING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Datum goedkeuring

14.11.2024

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

31

2

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Peter Agius, Fredis Beleris, Alexander Bernhuber, Alma Ezcurra Almansa, Gheorghe Falcă, Isilda Gomes, Sandra Gómez López, Paolo Inselvini, Sebastian Kruis, Alexandra Mehnert, Ana Miranda Paz, Lefteris Nikolaou-Alavanos, Cynthia Ní Mhurchú, Valentina Palmisano, Pina Picierno, Bogdan Rzońca, Marcin Sypniewski, Pál Szekeres, Jana Toom, Nils Ušakovs, Ivaylo Valchev, Maria Zacharia

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Alex Agius Saliba, Gordan Bosanac, Annalisa Corrado, Rosa Estaràs Ferragut, Fabrice Leggeri, Nikos Pappas, Kosma Złotowski

Bij de eindstemming aanwezige leden als bedoeld in art. 216, lid 7, van het Reglement

Angéline Furet, Jagna Marczułajtis-Walczak, Andrey Novakov, Rosa Serrano Sierra


HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

31

+

ECR

Paolo Inselvini, Bogdan Rzońca, Ivaylo Valchev, Kosma Złotowski

ESN

Marcin Sypniewski

PfE

Angéline Furet, Sebastian Kruis, Fabrice Leggeri, Pál Szekeres

PPE

Peter Agius, Fredis Beleris, Alexander Bernhuber, Rosa Estaràs Ferragut, Alma Ezcurra Almansa, Gheorghe Falcă, Jagna Marczułajtis-Walczak, Alexandra Mehnert, Andrey Novakov

Renew

Cynthia Ní Mhurchú, Jana Toom

S&D

Alex Agius Saliba, Annalisa Corrado, Isilda Gomes, Sandra Gómez López, Pina Picierno, Rosa Serrano Sierra, Nils Ušakovs

The Left

Valentina Palmisano, Nikos Pappas

Verts/ALE

Gordan Bosanac, Ana Miranda Paz

2

-

NI

Lefteris Nikolaou-Alavanos, Maria Zacharia

0

0

Verklaring van de gebruikte tekens:

+:voor

-:tegen

0:onthouding

Laatst bijgewerkt op: 5 december 2024
Juridische mededeling-Privacybeleid