Ϸվ

Ontwerpresolutie - B8-0139/2019Ontwerpresolutie
B8-0139/2019

ONTWERPRESOLUTIEover het ontwerp van uitvoeringsverordening van de Commissie tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU)nr.540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stoffen abamectine, Bacillus subtilis (Cohn1872) stamQST713, ܲٳܰԲԲ subsp. aizawai, Bacillus thuringiensis ܲ.Բ, ܲٳܰԲԲ subsp. kurstaki, Beauveria bassiana, benfluralin, clodinafop, clopyralid Cydia pomonella Granulovirus (CpGV), cyprodinil, dichloorprop‑P, epoxiconazool, fenpyroximaat, fluazinam, flutolanil, fosetyl, Lecanicillium muscarium, mepanipyrim, mepiquat, Metarhizium anisopliae var.anisopliae, metconazool, metrafenon, Phlebiopsis gigantea, pirimicarb, Pseudomonas chlororaphis stam MA342, pyrimethanil, Pythium oligandrum, rimsulfuron, spinosad Streptomyces K61, thiacloprid, tolclofos‑methyl, Trichodermaasperellum, Trichoderma atroviride, Trichoderma gamsii, հǻ󲹰Գܳ, triclopyr, trinexapac, triticonazool, Verticillium albo-atrum en ziram

21.2.2019-(D060042/02 – )

ingediend overeenkomstig artikel 106, leden 2 en 3, van het Reglement
Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid

Bevoegde leden: Sylvie Goddyn, Karin Kadenbach, Frédérique Ries, Michèle Rivasi, Anja Hazekamp

ʰdzܰ:
Stadium plenaire behandeling
ٴdzܳԳٱԳ⳦ܲ:
B8-0139/2019
Ingediende teksten :
B8-0139/2019
Debatten :
Stemmingen :
Aangenomen teksten :

8‑0139/2019

Resolutie van het Europees Parlement over het ontwerp van uitvoeringsverordening van de Commissie tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU)nr.540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stoffen abamectine, Bacillus subtilis (Cohn1872) stamQST713, ܲٳܰԲԲ subsp. aizawai, Bacillus thuringiensis ܲ.Բ, ܲٳܰԲԲ subsp. kurstaki, Beauveria bassiana, benfluralin, clodinafop, clopyralid Cydia pomonella Granulovirus (CpGV), cyprodinil, dichloorprop‑P, epoxiconazool, fenpyroximaat, fluazinam, flutolanil, fosetyl, Lecanicillium muscarium, mepanipyrim, mepiquat, Metarhizium anisopliae var.anisopliae, metconazool, metrafenon, Phlebiopsis gigantea, pirimicarb, Pseudomonas chlororaphis stam MA342, pyrimethanil, Pythium oligandrum, rimsulfuron, spinosad Streptomyces K61, thiacloprid, tolclofos‑methyl, Trichodermaasperellum, Trichoderma atroviride, Trichoderma gamsii, հǻ󲹰Գܳ, triclopyr, trinexapac, triticonazool, Verticillium albo-atrum en ziram

(D060042/02 – )

Het Europees Parlement,

–gezien Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden[1],

– gezien het ontwerp van uitvoeringsverordening van de Commissie tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU)nr.540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stoffen abamectine, Bacillus subtilis (Cohn1872) stamQST713, ܲٳܰԲԲ subsp. aizawai, Bacillus thuringiensis ܲ.Բ, ܲٳܰԲԲ subsp. kurstaki, Beauveria bassiana, benfluralin, clodinafop, clopyralid Cydia pomonella Granulovirus (CpGV), cyprodinil, dichloorprop‑P, epoxiconazool, fenpyroximaat, fluazinam, flutolanil, fosetyl, Lecanicillium muscarium, mepanipyrim, mepiquat, Metarhizium anisopliae var.anisopliae, metconazool, metrafenon, Phlebiopsis gigantea, pirimicarb, Pseudomonas chlororaphis stam MA342, pyrimethanil, Pythium oligandrum, rimsulfuron, spinosad, Streptomyces K61, thiacloprid, tolclofos‑methyl, Trichoderma asperellum, Trichoderma atroviride, Trichoderma gamsii, հǻ󲹰Գܳ, triclopyr, trinexapac, triticonazool, Verticillium albo-atrum en ziram (D060042/02),

–gezien Verordening (EG) nr.1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad[2], en met name artikel17, eerste alinea,

–gezien het beoordelingsverslag over de verlenging van oktober2017, dat is opgesteld in overeenstemming met Verordening(EU)nr.1107/2009 van de Commissie, over thiacloprid[3],

–gezien de artikelen11 en13 van Verordening (EU) nr.182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16februari2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren[4],

–gezien de ontwerpresolutie van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid,

–gezien artikel106, leden 2 en3, van zijn Reglement,

Achtergrond

A.overwegende dat thiacloprid sinds 1januari2005 is goedgekeurd voor gebruik als insecticide;

B.overwegende dat sinds 2015 een procedure loopt voor de verlenging van de goedkeuring van thiacloprid uit hoofde van Uitvoeringsverordening (EU) nr.844/2012 van de Commissie[5], die de vereiste indieningstermijn van drie jaar omvat; overwegende dat de huidige goedkeuringsperiode op 30april2019 verstrijkt;

C.overwegende dat de goedkeuringsperiode van de werkzame stof thiacloprid reeds is verlengd bij Uitvoeringsverordening(EU) 2018/524 van de Commissie[6];

D.overwegende dat de Commissie nalaat de redenen voor een tweede verlenging uit te leggen en alleen het volgende stelt: "Aangezien de beoordeling van die stoffen [waaronder thiacloprid] om redenen buiten de wil van de aanvragers vertraging heeft opgelopen, zal de goedkeuring van die werkzame stoffen waarschijnlijk vervallen voordat een besluit over de verlenging ervan is genomen";

E.overwegende dat Verordening(EG) nr.1107/2009 tot doel heeft een hoog niveau van bescherming van de gezondheid van mens en dier en van het milieu te waarborgen en tegelijkertijd het concurrentievermogen van de landbouw in de Unie te vrijwaren; overwegende dat de bescherming van kwetsbare bevolkingsgroepen zoals zwangere vrouwen, zuigelingen en kinderen bijzondere aandacht verdient;

F.overwegende dat het voorzorgsbeginsel moet worden toegepast en overwegende dat in Verordening (EG) nr.1107/2009 wordt gespecifieerd dat gewasbeschermingsmiddelen uitsluitend stoffen mogen bevatten waarvan is aangetoond dat zij een duidelijk voordeel inhouden voor de teelt van planten en waarvan niet wordt verwacht dat zij een schadelijke uitwerking op de gezondheid van mens en dier of onaanvaardbare effecten voor het milieu hebben;

G.overwegende dat in Verordening (EG) nr.1107/2009 wordt bepaald dat om de goedkeuring van werkzame stoffen te versnellen, voor de verschillende stappen in de procedure strikte termijnen moeten worden vastgesteld, en dit duidelijk niet gebeurd is;

H.overwegende dat in Verordening (EG) nr.1107/2009 wordt bepaald dat met het oog op de veiligheid de goedkeuringsperiode voor werkzame stoffen in de tijd beperkt moet zijn; overwegende dat de goedkeuringsperiode in verhouding moet staan tot de mogelijke risico's die aan het gebruik van dergelijke stoffen verbonden zijn, maar dat deze evenredigheid duidelijk ontbreekt;

I.overwegende dat de werkzame stof thiacloprid een cyanogesubstitueerde neonicotinoïde is die op grote schaal wordt gebruikt ter vervanging van clothianidin, imidacloprid en thiamethoxam, die in de Unie behalve voor gebruik in kassen verboden zijn;

J.overwegende dat de formuleringen op basis van thiacloprid in veel grotere hoeveelheden op het land worden gesproeid dan de voorheen gebruikte stoffen clothianidin, imidacloprid en thiamethoxam;

K.overwegende dat formuleringen met thiacloprid tijdens de bloeitijd mogen worden gebruikt omdat minder schade aan bestuivers wordt verwacht;

Hormoonontregelende eigenschappen

L.overwegende dat meerdere recente studies erop wijzen dat thiacloprid hormoonontregelende[7] en genotoxische en cytotoxische effecten heeft[8],[9] en gevolgen heeft voor de neurologische ontwikkeling en neurotoxisch[10] en immunotoxisch is[11];

M.overwegende dat de werkzame stof thiacloprid in de EU Pesticides database wordt beschouwd als een stof met "hormoonontregelende eigenschappen"[12] en in aanmerking komt voor vervanging;

N.overwegende dat het Europees Agentschap voor chemische stoffen de volgende indeling en etikettering heeft vastgesteld voor de werkzame stof thiacloprid: "stof die ervan verdacht wordt kankerverwekkend voor mensen te zijn en stof waarvan verondersteld wordt dat zij toxisch is voor de menselijke voortplanting";

O.overwegende dat de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid in het beoordelingsverslag over de verlenging van oktober2017 over thiacloprid, dat ter openbare raadpleging is gepubliceerd, verontrustende en onherroepelijke conclusies heeft bekendgemaakt over het gevaar van thiacloprid voor de menselijke gezondheid[13];

P.overwegende dat commissaris Andriukaitis tijdens een vergadering van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid op 16juni2016 heeft verklaard dat het voorzorgsbeginsel zou prevaleren in geval van twijfel over de criteria voor hormoonontregelende stoffen;

Q.overwegende dat het Franse milieuagentschap ANSES in zijn verslag over neonicotinoïden van mei2018 een negatief advies heeft gegeven over de werkzame stof thiacloprid[14],[15],[16];

R.overwegende dat het gebruik van thiacloprid in Frankrijk sinds september2018 verboden is omdat de stof ervan wordt verdacht kankerverwekkend te zijn;

Bedreiging voor de biodiversiteit

S.overwegende dat thiacloprid voor honingbijen even giftig kan zijn als imidacloprid en thiamethoxam[17];

T.overwegende dat thiacloprid van invloed kan zijn op de leer- en geheugenprestaties van honingbijen en aldus op de vitaliteit van hun kolonies[18]; overwegende dat recente wetenschappelijke gegevens[19] aantonen dat de chronische blootstelling van honingbijen in het veld aan een lage concentratie van de werkzame stof thiacloprid belangrijke subletale effecten heeft, zoals verstoord foerageergedrag en verstoorde communicatie en navigatie van deze dieren, wat betekent dat de vraag kan worden gesteld of het gebruik van de werkzame stof thiacloprid werkelijk voldoet aan Verordening(EG) nr.396/2005 van het Europees Parlement en de Raad[20];

U.overwegende dat, bovenop de reeds bekende neveneffecten van neonicotinoïden op bestuivers, in recente wetenschappelijke publicaties[21] is aangetoond dat de werkzame stof thiacloprid gevolgen heeft voor de immunocompetentie van honingbijen, die reeds aanzienlijk is verzwakt;

V.overwegende dat de grotere toxiciteit voor bestuivers te wijten is aan een cocktaileffect[22] als gevolg van het gebruik van diverse pesticiden en insecticiden, waaronder thiacloprid;

1.is van mening dat het ontwerp van uitvoeringsverordening van de Commissie de in Verordening (EG) nr.1107/2009 bedoelde uitvoeringsbevoegdheden overschrijdt;

2.is van mening dat het besluit om thiacloprid te registeren niet te verantwoorden valt omdat er onvoldoende bewijs is dat dieren, de voedselveiligheid en bestuivers geen onaanvaardbare risico's lopen;

3.is van mening dat het ontwerp van uitvoeringsverordening van de Commissie niet gebaseerd is op een dringende behoefte aan de werkzame stof thiacloprid voor gebruik in de landbouw in de Unie;

4.is van mening dat het ontwerp van uitvoeringsverordening van de Commissie het voorzorgsbeginsel niet eerbiedigt;

5.meent dat de Commissie in plaats daarvan een speciale status voor honingbijen moet voorstellen, waarbij rekening wordt gehouden met het feit dat bestuivers onmisbaar zijn voor duurzame landbouw, voor de productie van gewassen en tegelijkertijd voor andere wilde en voedselproducerende dieren, en dat de Commissie moet voorstellen om met het oog hierop de desbetreffende regelgeving te wijzigen, te harmoniseren en de samenhang ervan te verbeteren, teneinde een hoog niveau van bescherming van honingbijen en andere bestuivers te garanderen;

6.verzoekt de Commissie haar ontwerp van uitvoeringsverordening in te trekken en een nieuw ontwerp aan het comité voor te leggen waarin rekening wordt gehouden met het chronische effect van de werkende stof thiacloprid op honingbijen, de menselijke en dierlijke gezondheid en het milieu;

7.verzoekt de Commissie werkzame stoffen die tot de klasse van de neonicotinoïden behoren of die dezelfde werking hebben, met inbegrip van thiacloprid, onmiddellijk te verbieden;

8.verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten.

Laatst bijgewerkt op: 21 februari 2019
Juridische mededeling-Privacybeleid