Ϸվ

Index
Vorige
Volgende
Volledige tekst
Procedure :
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : B9-0170/2019

Ingediende teksten :

B9-0170/2019

Debatten :

Stemmingen :

PV14/11/2019-5.4

Aangenomen teksten :

P9_TA(2019)0054

Aangenomen teksten
PDF176kWORD52k
Donderdag 14 november 2019-Brussel
Genetisch gemodificeerd katoen LLCotton25 (ACSGHØØ1-3)
P9_TA(2019)0054B9-0170/2019

Resolutie van het Europees Parlement van 14 november 2019 over het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerd katoen LLCotton25 (ACS-GHØØ1-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en deRaad (D061870/04 – )

Het Europees Parlement,

–gezien het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerd katoen LLCotton25 (ACS-GHØØ1-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en deRaad (D061870/04),

–gezien Verordening (EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22september 2003 inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders(1), en met name artikel11, lid3, en artikel23, lid3,

–gezien de stemming van 30april 2019 in het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid als bedoeld in artikel35 van Verordening (EG) nr.1829/2003, die geen advies heeft opgeleverd, en de stemming van 5juni 2019 in het comité van beroep, die evenmin een advies heeft opgeleverd,

–gezien de artikelen11 en13 van Verordening (EU) nr.182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren(2),

–gezien het advies dat op 6december 2006 door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) werd goedgekeurd en op 14december 2006 werd gepubliceerd(3),

–gezien het advies inzake verlenging dat op 17oktober 2018 door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid werd goedgekeurd en op 14november 2018 werd gepubliceerd(4),

–gezien zijn eerdere resoluties waarin bezwaar wordt gemaakt tegen het verlenen van vergunningen voor genetisch gemodificeerde organismen (“ggo’s”)(5),

–gezien artikel112, leden2 en3, van zijn Reglement,

–gezien de ontwerpresolutie van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid,

A.overwegende dat bij Beschikking2008/837/EG van de Commissie(6) een vergunning werd verleend voor het in de handel brengen van levensmiddelen en diervoeders die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen LLCotton25 (hierna: “LLCotton25”);

B.overwegende dat de houder van de initiële vergunning, Bayer CropScience AG (hierna: “de aanvrager”), op 2oktober 2017 overeenkomstig de artikelen11 en 23 van Verordening (EG) nr.1829/2003 bij de Commissie een aanvraag heeft ingediend tot verlenging van die vergunning;

C.overwegende dat de EFSA op 17oktober 2018 een gunstig advies heeft uitgebracht, dat op 14november 2018 werd gepubliceerd(7);

D.overwegende dat in Verordening (EG) nr.1829/2003 is bepaald dat genetisch gemodificeerde levensmiddelen of diervoeders geen negatieve effecten op de menselijke gezondheid, op de diergezondheid of op het milieu mogen hebben en dat de Commissie bij het opstellen van haar besluit eventuele relevante bepalingen van het Unierecht en andere ter zake dienende factoren in aanmerking moet nemen;

E.overwegende dat LLCotton25 tolerant is gemaakt tegen herbiciden op basis van glufosinaat(8);

F.overwegende dat de menselijke consumptie van katoenzaadolie in Europa weliswaar relatief beperkt is, maar dat deze olie kan worden aangetroffen in een grote verscheidenheid aan levensmiddelen, waaronder dressings, mayonaise, banketbakkerswaren, chocoladepasta en chips; overwegende dat katoen voornamelijk aan dieren wordt gevoerd in de vorm van katoenzaadkoeken en katoenzaadmeel of als volvet katoenzaad(9);

G.overwegende dat de lidstaten gedurende de raadplegingsperiode van drie maanden tal van kritische opmerkingen bij de EFSA hebben ingediend, zowel wat de oorspronkelijke beoordeling als de beoordeling met het oog op verlenging betreft(10); overwegende dat hierin onder meer werd opgemerkt dat de effecten van glufosinaatresiduen en -metabolieten niet in aanmerking zijn genomen, dat er discussie bestaat over de vraag of de toxiciteitstest als correct kan worden beschouwd, dat de allergeniciteit noch de toxicologie grondig zijn beoordeeld, dat in de door de aanvrager opgestelde monitoringverslagen gegevens ontbreken ter ondersteuning van de conclusies dat er in verband met de invoer en het gebruik van LLCotton25 geen sprake is van negatieve effecten op de gezondheid of het milieu, en dat het door de aanvrager voorgestelde algemene toezichtsplan niet voldoet aan de voorschriften van bijlageVII bij Richtlijn2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad(11);

H.overwegende dat de EFSA in haar antwoorden op de opmerkingen van de lidstaten meermaals heeft verklaard dat aanvragers de praktische uitvoering van de milieumonitoring na het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde gewassen met het oog op invoer en verwerking verder moeten bespreken met de Commissie in de hoedanigheid van risicobeheerder;

Het ontbreken van een beoordeling van glufosinaatresiduen in LLCotton25

I.overwegende dat in meerdere studies is aangetoond dat de teelt van herbicidetolerante genetisch gemodificeerde gewassen een toename van het gebruik van deze herbiciden in de hand werkt, voornamelijk vanwege het ontstaan van herbicidetolerant onkruid(12); overwegende dat er dan ook van moet worden uitgegaan dat de geteelde LLCotton25-gewassen aan hogere en ook herhaaldelijke doses glufosinaat zullen worden blootgesteld, waardoor er mogelijk meer residuen zullen achterblijven in de oogst;

J.overwegende dat LLCotton25 in 2008 weliswaar een initiële vergunning om te worden ingevoerd heeft gekregen, maar dat de goedkeuring van glufosinaat voor gebruik in de Unie op 31juli 2018 is verstreken(13); overwegende dat glufosinaat is ingedeeld als toxisch voor de voortplanting in categorie 1B en derhalve onder de uitsluitingscriteria valt van Verordening (EG) nr.1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad(14);

K.overwegende dat residuen en metabolieten van herbiciden in genetisch gemodificeerde gewassen worden beschouwd als een kwestie die niet binnen de bevoegdheid van het EFSA-panel voor genetisch gemodificeerde organismen valt en daarom geen deel uitmaakt van de autorisatieprocedure voor ggo’s; overwegende dat dit problematisch is, aangezien de genetische modificatie zelf bepalend kan zijn voor de manier waarop complementaire herbiciden bij genetisch gemodificeerde gewassen door de plant worden afgebroken en voor de samenstelling en dus de toxiciteit van de afbraakproducten (“metabolieten”)(15);

L.overwegende dat er op grond van Verordening (EG) nr.396/2005 van het Europees Parlement en de Raad(16), die tot doel heeft een hoog niveau van consumentenbescherming te waarborgen met betrekking tot maximumresidugehalten (“MRL’s”), zorgvuldige controle en toezicht nodig is op de aanwezigheid van residuen op ingevoerde gewassen voor levensmiddelen en diervoeders van werkzame stoffen die niet zijn toegelaten voor gebruik in de Unie, zoals glufosinaat(17);

M.overwegende dat de lidstaten overeenkomstig het meest recente gecoördineerd meerjarig controleprogramma van de Unie (voor 2020, 2021 en 2022) op geen enkel product, met inbegrip van katoen, verplichte metingen van glufosinaatresiduen hoeven uit te voeren(18); overwegende dat niet kan worden uitgesloten dat LLCotton25 of levensmiddelen en diervoeders die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met deze gewassen, de MRL’s overschrijden die door de Unie zijn vastgesteld om een hoog niveau van consumentenbescherming te waarborgen;

N.overwegende dat de EFSA heeft vastgesteld dat de geschatte blootstelling van de gebruiker aan glufosinaat bij gebruik voor onkruidbestrijding in genetisch gemodificeerde mais het aanvaardbaar blootstellingsniveau voor de gebruiker (AOEL) overschreed, ook al werden persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt(19); overwegende dat dit aspect van de blootstelling van de gebruiker bijzonder veel zorgen baart, aangezien bij herbicidetolerante genetisch gemodificeerde gewassen grotere hoeveelheden herbiciden worden gebruikt;

O.overwegende dat uit een recent rapport van de speciale rapporteur van de VN voor het recht op voedsel blijkt dat gevaarlijke pesticiden catastrofale gevolgen hebben voor de gezondheid en dat pesticiden naar schatting 200000 acute overlijdens door vergiftiging per jaar veroorzaken, waarvan 99% in ontwikkelingslanden(20); overwegende dat streefdoel3.9 van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN – die ook door de Unie zijn onderschreven – erop gericht is om uiterlijk in 2030 het aantal overlijdens en ziekten als gevolg van gevaarlijke chemische stoffen en vervuiling en besmetting van lucht, water en bodem aanzienlijk te verminderen(21);

Ondemocratische besluitvorming

P.overwegende dat de stemming van 30april 2019 in het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid als bedoeld in artikel35 van Verordening (EG) nr.1829/2003 geen advies heeft opgeleverd, wat betekent dat er voor het verlenen van een vergunning geen gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten werd gevonden; overwegende dat de stemming van 5juni 2019 in het comité van beroep evenmin een advies heeft opgeleverd;

Q.overwegende dat de Commissie het feit dat vergunningsbesluiten voor ggo’s nog steeds worden goedgekeurd door de Commissie zonder de steun van een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten – hetgeen voor productautorisaties als geheel eerder uitzonderlijk is, maar de norm is geworden voor de besluitvorming over vergunningen voor genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders – als problematisch erkent(22); overwegende dat de voorzitter van de Commissie meermaals zijn ongenoegen heeft geuit over het povere democratisch gehalte van die werkwijze(23);

R.overwegende dat het Europees Parlement gedurende zijn achtste zittingsperiode in totaal 36resoluties heeft aangenomen waarin bezwaar wordt gemaakt tegen het op de markt brengen van ggo’s voor gebruik als levensmiddelen en diervoeders (33resoluties) en tegen de teelt van ggo’s in de Unie (3resoluties); overwegende dat er voor geen van deze ggo’s een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten werd gevonden voor het verlenen van een vergunning; overwegende dat de Commissie enerzijds de democratische tekortkomingen erkent, maar toch vergunningen blijft verlenen voor ggo’s, ondanks het gebrek aan steun van de lidstaten en de bezwaren van het Parlement;

S.overwegende dat er geen wetswijziging nodig is om de Commissie in staat te stellen geen vergunning te verlenen voor ggo’s wanneer er in het comité van beroep geen steun van een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten wordt gevonden(24);

1.is van mening dat het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie de in Verordening (EG) nr.1829/2003 bedoelde uitvoeringsbevoegdheden overschrijdt;

2.is van mening dat het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie niet in overeenstemming is met het recht van de Unie, doordat het niet verenigbaar is met het doel van Verordening (EG) nr.1829/2003 om overeenkomstig de algemene beginselen die in Verordening (EG) nr.178/2002 van het Europees Parlement en de Raad(25) zijn vastgesteld de basis te leggen voor het waarborgen van een hoog beschermingsniveau voor het leven en de gezondheid van de mens, de gezondheid en het welzijn van dieren, het milieu en de belangen van de consument, met betrekking tot genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders, waarbij de goede werking van de interne markt wordt gewaarborgd;

3.verzoekt de Commissie haar ontwerp van uitvoeringsbesluit in te trekken;

4.herhaalt zich te willen inzetten om vooruitgang te boeken met betrekking tot het voorstel van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr.182/2011; vraagt de Raad dringend werk te maken van zijn behandeling van dat Commissievoorstel;

5.verzoekt de Commissie ondertussen geen vergunningen voor ggo’s meer te verlenen indien in het comité van beroep geen advies wordt geformuleerd door de lidstaten, of het nu om teelt of gebruik in levensmiddelen en diervoeders gaat, in overeenstemming met artikel6, lid3, van Verordening (EU) nr.182/2011;

6.verzoekt de Commissie geen vergunningen meer te verlenen voor herbicidetolerante genetisch gemodificeerde gewassen tot uitgebreid en per geval is onderzocht welke gezondheidsrisico’s de residuen met zich meebrengen, hetgeen een volledige beoordeling inhoudt van de residuen afkomstig van besproeiing van de genetisch gemodificeerde gewassen met complementaire herbiciden, de metabolieten hiervan en eventuele combinatorische effecten;

7.verzoekt de Commissie de risicobeoordeling van de toepassing van complementaire herbiciden en de residuen daarvan volledig op te nemen in de risicobeoordeling van herbicidetolerante genetisch gemodificeerde gewassen, ongeacht of het genetisch gemodificeerde gewas bestemd is voor teelt in de Unie of bedoeld is voor de invoer in de Unie voor gebruik als levensmiddel en diervoeder;

8.verzoekt de Commissie geen enkele vergunning te verlenen voor de invoer voor gebruik als levensmiddel of diervoeder van genetisch gemodificeerde gewassen die tolerant zijn gemaakt voor een werkzame stof van een herbicide die niet is toegestaan voor gebruik binnen de Unie;

9.dringt er bij de Commissie op aan om de verplichtingen van de Unie uit hoofde van internationale overeenkomsten als de Klimaatovereenkomst van Parijs, het VN-Verdrag inzake biologische diversiteit en de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN te beschouwen als “relevante bepalingen” van het Unierecht en/of “ter zake dienende factoren” als bedoeld in Verordening (EG) nr.1829/2003, en er een passend gewicht aan te geven, alsook om te communiceren over de wijze waarop hiermee rekening is gehouden in de besluitvorming;

10.verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten.

(1) PBL268 van18.10.2003, blz.1.
(2) PB L55 van28.2.2011, blz.13.
(3) Wetenschappelijk advies van het Panel voor genetisch gemodificeerde organismen inzake een aanvraag van Bayer CropScience (referentie EFSA-GMO-NL-2005-13) voor het in de handel brengen van glufosinaattolerant genetisch gemodificeerd LLCotton25 voor gebruik in levensmiddelen en diervoeders en de invoer en verwerking ervan, overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003, EFSA Journal (2006) 429, 1-19, https://efsa.onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.2903/j.efsa.2006.429
(4) Wetenschappelijk advies inzake de beoordeling van het genetisch gemodificeerde LLCotton25 met het oog op verlenging van de vergunning overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 (aanvraag EFSA‐GMO‐RX‐010), EFSA Journal 2018;16(11):5473, https://efsa.onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.2903/j.efsa.2018.5473
(5)––– Tijdens de achtste zittingsperiode nam het Europees Parlement 36resoluties aan waarin bezwaar werd gemaakt tegen het verlenen van vergunningen voor ggo’s. Bovendien heeft het Parlement tijdens de negende zittingsperiode de volgende resoluties aangenomen:resolutie van het Europees Parlement van 10oktober 2019 over het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais MZHG0JG (SYN-ØØØJG-2), overeenkomstig Verordening(EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Aangenomen teksten, P9_TA(2019)0028);resolutie van het Europees Parlement van 10oktober 2019 over het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde sojabonen A2704-12 (ACS-GMØØ5-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Aangenomen teksten, P9_TA(2019)0029);resolutie van het Europees Parlement van 10oktober 2019 over het ontwerp van uitvoeringsbesluit van de Commissie tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 89034 × 1507 × MON 88017 × 59122 × DAS-40278-9, en genetisch gemodificeerde maissoorten die bestaan uit een combinatie van twee, drie of vier van de transformatiestappen MON 89034, 1507, MON 88017, 59122 en DAS-40278-9, ingevolge Verordening(EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Aangenomen teksten, P9_TA(2019)0030).
(6) Beschikking 2008/837/EG van de Commissie van 29oktober 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde LLCotton25 (ACS-GHØØ1-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PBL299 van8.11.2008, blz.36).
(7) Wetenschappelijk advies inzake de beoordeling van het genetisch gemodificeerde LLCotton25 met het oog op verlenging van de vergunning overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 (aanvraag EFSA‐GMO‐RX‐010), EFSA Journal 2018;16(11):5473, https://efsa.onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.2903/j.efsa.2018.5473
(8) Oorspronkelijk EFSA-advies, blz.1.
(9) Wetenschappelijk advies inzake de beoordeling van het genetisch gemodificeerde katoen GHB614 × LLCotton25 × MON 15985 in levensmiddelen en diervoeders overeenkomstig Verordening (EG) nr.1829/2003 (aanvraag EFSA‐GMO‐NL‐2011‐94), EFSA Journal 2018;16(4):5213, https://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/5213, blz.17-18.
(10) De opmerkingen van de lidstaten in verband met LLCotton25 kunnen worden geraadpleegd in het vragenregister van de EFSA: http://registerofquestions.efsa.europa.eu/roqFrontend/login?
(11) Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12maart 2001 inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en tot intrekking van Richtlijn90/220/EEG van de Raad (PBL106 van17.4.2001, blz.1).
(12) Zie bijvoorbeeld Bonny, S.: “Genetically Modified Herbicide-Tolerant Crops, Weeds, and Herbicides: Overview and Impact”, Environmental Management, januari2016, 57(1), blz.31-48, https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26296738, en Benbrook, C.M., “Impacts of genetically engineered crops on pesticide use in the U.S. – the first sixteen years”, Environmental Sciences Europe, 28september 2012, vol.24(1), https://enveurope.springeropen.com/articles/10.1186/2190-4715-24-24
(13) https://ec.europa.eu/food/plant/pesticides/eu-pesticides-database/public/?event=activesubstance.detail&language=EN&selectedID=1436
(14) Verordening (EG) nr.1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PBL309 van24.11.2009, blz.1).
(15) Dit is inderdaad het geval voor glyfosaat, zoals de EFSA vermeldt in “Review of the existing maximum residue levels for glyphosate according to Article 12 of Regulation (EC) No 396/2005”, EFSA Journal 2018;16(5):5263, blz.12, https://www.efsa.europa.eu/fr/efsajournal/pub/5263
(16) Verordening (EG) nr.396/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 23februari 2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen in of op levensmiddelen en diervoeders van plantaardige en dierlijke oorsprong en houdende wijziging van Richtlijn91/414/EEG van de Raad (PB L70 van16.3.2005, blz.1).
(17) Zie overweging8 van Verordening (EG) nr.396/2005.
(18) Uitvoeringsverordening (EU)2019/533 van de Commissie van 28maart 2019 inzake een in 2020, 2021 en 2022 uit te voeren gecoördineerd meerjarig controleprogramma van de Unie tot naleving van de maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen en ter beoordeling van de blootstelling van de consument aan bestrijdingsmiddelenresiduen in en op levensmiddelen van plantaardige en dierlijke oorsprong (PBL88 van29.3.2019, blz.28).
(19) EFSA, “Conclusion regarding the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance glufosinate”, https://efsa.onlinelibrary.wiley.com/doi/pdf/10.2903/j.efsa.2005.27r, blz.3.
(20) https://www.ohchr.org/EN/Issues/Environment/ToxicWastes/Pages/Pesticidesrighttofood.aspx
(21) https://www.un.org/sustainabledevelopment/health/
(22) Zie bijvoorbeeld de toelichting van de Commissie bij haar wetgevingsvoorstel van 22april 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr.1829/2003 wat betreft de mogelijkheid voor de lidstaten om het gebruik van genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders op hun grondgebied te beperken of te verbieden, alsook haar toelichting bij het wetgevingsvoorstel van 14februari 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr.182/2011.
(23) Zie bijvoorbeeld de openingstoespraak van de voorzitter van de Commissie in de plenaire zitting van het Europees Parlement, gevoegd bij de politieke beleidslijnen voor de volgende Europese Commissie (Straatsburg, 15juli 2014), of de State of the Union-toespraak van 2016 (Straatsburg, 14september 2016).
(24) Overeenkomstig artikel6, lid3, van Verordening (EU)nr. 182/2011 “kan” de Commissie de vergunning alsnog verlenen indien in het comité van beroep geen steun van een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten is gevonden. Zij “moet” dit niet doen.
(25) Verordening (EG) nr.178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PBL31 van1.2.2002, blz.1).

Laatst bijgewerkt op: 23 augustus 2023Juridische mededeling-Privacybeleid