Ϸվ

Verslag - A10-0001/2025Verslag
A10-0001/2025

VERSLAGover het ontwerp van richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de btw-regels voor het digitale tijdperk

17.1.2025-(15159/2024 – C10‑0170/2024 – )-*

Commissie economische en monetaire zaken
Rapporteur: Ľudovít Ódor
(Hernieuwde raadpleging – Artikel86 van het Reglement)
(Vereenvoudigde procedure – Artikel52, lid1, van het Reglement)

ʰdzܰ:
Stadium plenaire behandeling
ٴdzܳԳٱԳ⳦ܲ:
A10-0001/2025
Ingediende teksten :
A10-0001/2025
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over het ontwerp van richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de btw-regels voor het digitale tijdperk

(15159/2024 – C10‑0170/2024 – )

(Bijzondere wetgevingsprocedure – hernieuwde raadpleging)

Het Europees Parlement,

gezien het ontwerp van de Raad (15159/2024),

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (),

gezien zijn standpunt van 22november 2023[1],

gezien artikel113 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad opnieuw is geraadpleegd (C10‑0170/2024),

gezien de artikelen84 en86 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A10‑0001/2025),

1.hecht zijn goedkeuring aan het ontwerp van de Raad;

2.verzoekt de Raad het Parlement ervan op de hoogte te stellen indien de Raad voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst;

3.vraagt de Raad om het Parlement opnieuw te raadplegen indien de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in zijn ontwerp;

4.verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie, alsook aan de nationale parlementen.


TOELICHTING

Op 8december 2022 presenteerde de Commissie het pakket btw in het digitale tijdperk (ViDA), dat uit drievoorstellen bestaat:

een voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de btw-regels voor het digitale tijdperk;

een voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr.904/2010 wat betreft de voor het digitale tijdperk noodzakelijke regelingen voor administratieve samenwerking op het gebied van de btw;

een voorstel voor een uitvoeringsverordening van de Raad tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr.282/2011 wat betreft de informatie­vereisten voor bepaalde btw-regelingen.

In het pakket werd een actieplan voor billijke en eenvoudige belastingheffing ontwikkeld, waarin werd benadrukt dat moet worden nagedacht over de manier waarop technologie kan worden gebruikt om belastingfraude te bestrijden en over de vraag hoe de huidige btw-regels in de Europese Unie kunnen worden aangepast aan het zakendoen in het digitale tijdperk. De drie wijzigingen om de btw geschikt te maken voor het digitale tijdperk zijn:

i)een nieuw digitaal rapportagesysteem in real time op basis van e-facturering,

ii)actualisering van de btw-regels voor de platformeconomie en

iii)één btw-registratie (Single VAT Registration) voor bedrijven die in de hele EU aan consumenten verkopen.

Voor de richtlijn en de verordening gold een bijzondere wetgevingsprocedure. Het Europees Parlement werd geraadpleegd en bracht advies uit op 22november 2023.

Op 5november 2024 bereikte de Raad overeenstemming over het ViDA-pakket. Aangezien er echter aanzienlijke verschillen bestonden tussen het voorstel van de Commissie (d.w.z. de richtlijn) – waarover het Europees Parlement aanvankelijk was geraadpleegd – en de tekst van de Raad, besloot de Raad op 7november 2024 het Europees Parlement opnieuw te raadplegen.

De regeling “gelijkgestelde dienstverlener” was een belangrijk geschilpunt binnen de Raad, waardoor het bijzonder moeilijk was om tot een definitief compromis te komen.

De Raad besloot dat de regels inzake “gelijkgestelde dienstverlener” eerst op vrijwillige basis zullen worden ingevoerd vanaf 1juli 2028, en vervolgens vanaf 1januari 2030 verplicht zullen zijn. De lidstaten zullen ook gemachtigd zijn om kmo’s vrij te stellen van de regeling “gelijkgestelde dienstverlener” zonder meldingsplicht aan het btw-comité. In zijn eerste advies benadrukte het EP dat de administratieve lasten voor kmo’s moeten worden beperkt.

De Raad heeft de lidstaten ook meer flexibiliteit geboden om hun eigen factureringssystemen te gebruiken, aangezien veel lidstaten al veel in hun eigen software hebben geïnvesteerd. Periodieke facturen worden onder bepaalde voorwaarden weer ingevoerd, ondanks het voorstel van de Commissie om deze te verbieden. Het Parlement was ook voorstander van de herinvoering van periodieke facturen om flexibiliteit en eenvoud voor de lidstaten en de bedrijven te behouden.

In het advies van het Parlement worden langere invoeringstermijnen voorgesteld dan in het voorstel van de Commissie. In het ontwerpbesluit van de Raad zijn de termijnen nog langer dan in de voorstellen van het Parlement.

De rapporteur is dan ook van mening dat een vereenvoudigde procedure zonder amendementen de relevante procedure is.


BIJLAGE: ENTITEITEN WAARVAN OF PERSONENVAN WIE DE RAPPORTEUR VOOR ADVIES INPUT HEEFT ONTVANGEN

De rapporteur verklaart onder zijn exclusieve verantwoordelijkheid geen input te hebben ontvangen van een entiteit of persoon die overeenkomstig artikel8 van bijlageI bij het Reglement in deze bijlage moet worden vermeld.


PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Titel

Wijziging van Richtlijn 2006/112/EG met betrekking tot btw-regels voor het digitale tijdperk

Document- en procedurenummers

15159/2024 – C10-0170/2024 – – C9-0021/2023 –

Datum raadpleging EP

10.2.2023

Bevoegde commissie

ECON

Rapporteurs

Datum benoeming

Ľudovít Ódor

19.11.2024

Vereenvoudigde procedure - datum besluit

16.1.2025

Behandeling in de commissie

16.1.2025

Datum goedkeuring

16.1.2025

Datum indiening

17.1.2025

Laatst bijgewerkt op: 28 januari 2025
Juridische mededeling-Privacybeleid