Ϸվ

Ontwerpresolutie - B9-0405/2023Ontwerpresolutie
B9-0405/2023

ONTWERPRESOLUTIEover de situatie in Nagorno-Karabach na de aanval van Azerbeidzjan en de aanhoudende bedreigingen van Armenië

2.10.2023-()

naar aanleiding van verklaringen van de Raad en de Commissie
ingediend overeenkomstig artikel132, lid2, van het Reglement

Željana Zovko, Andrey Kovatchev, Michael Gahler, Rasa Juknevičienė, David McAllister, Paulo Rangel, Andrius Kubilius, Isabel Wiseler‑Lima, François‑Xavier Bellamy, Vladimír Bilčík, Loucas Fourlas, Anja Haga, Andrzej Halicki, Sandra Kalniete, David Lega, Miriam Lexmann, Sven Simon, Michaela Šojdrová, Tom Vandenkendelaere, Tomáš Zdechovský
namens de PPE-Fractie

Zie ook gezamenlijke ontwerpresolutieRC-B9-0393/2023

ʰdzܰ:
Stadium plenaire behandeling
ٴdzܳԳٱԳ⳦ܲ:
B9-0405/2023
Ingediende teksten :
B9-0405/2023
Debatten :
Stemmingen :
Aangenomen teksten :

9‑0405/2023

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Nagorno-Karabach na de aanval van Azerbeidzjan en de aanhoudende bedreigingen van Armenië

()

Het Europees Parlement,

gezien zijn eerdere resoluties over Armenië en Azerbeidzjan, met name die van 19 januari 2023 over de humanitaire gevolgen van de blokkade in Nagorno-Karabach[1], van 15 maart 2023 over de betrekkingen EU-Armenië[2] en van 15 maart 2023 over de betrekkingen EU-Azerbeidzjan[3],

gezien de gezamenlijke verklaring van 19 september 2023 van de voorzitter van de Commissie buitenlandse zaken, de voorzitter van de Delegatie voor de betrekkingen met de zuidelijke Kaukasus en de vaste rapporteurs voor Armenië en Azerbeidzjan over de aanval van Azerbeidzjan op Nagorno-Karabach,

gezien de verklaring van de woordvoerder van de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) van 29 september 2023 over de ontheemde inwoners van Nagorno-Karabach,

gezien de verklaring van de hoge vertegenwoordiger van de EU van 21 september 2023 over de ontwikkelingen in Nagorno-Karabach,

gezien de verklaring van de hoge vertegenwoordiger van de EU van 26 juli 2023 over Azerbeidzjan: de humanitaire situatie ter plaatse,

gezien artikel132, lid2, van zijn Reglement,

A.overwegende dat Azerbeidzjan op 19 september 2023 onder het mom van een “antiterroristische operatie” een niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde militaire aanval heeft uitgevoerd op de zelfverdedigingstroepen van Nagorno-Karabach en deze onmiddellijk heeft overmeesterd; overwegende dat reeds op 20 september 2023 een staakt-het-vuren is ondertekend tussen de feitelijke autoriteiten van Nagorno-Karabach en Azerbeidzjan; overwegende dat Azerbeidzjan als gevolg van de militaire aanval de controle heeft gekregen over verreweg de meeste resterende delen van Nagorno-Karabach die nog niet onder zijn controle waren gekomen als resultaat van de 44-daagse oorlog van 2020;

B.overwegende dat gemeld wordt dat tijdens de militaire operatie van Azerbeidzjan tegen Nagorno-Karabach meer dan 350 Armeense burgers zijn gedood en 400 gewond zijn geraakt; overwegende dat gemeld wordt dat er mensen vermist worden, hetgeen zou neerkomen op misdaden tegen de menselijkheid;

C.overwegende dat de feitelijke autoriteiten van Nagorno-Karabach er in het kader van het staakt-het-vuren met Azerbeidzjan mee hebben ingestemd hun civiele instellingen te ontmantelen en de zelfverdedigingstroepen te ontwapenen, alle wapens in te leveren en zich terug te trekken uit alle gevechtsposten en legerposten; overwegende dat Armenië geen partij was bij de onderhandelingen over het staakt-het-vuren;

D.overwegende dat Samvel Shahramanyan, de feitelijke president van Nagorno-Karabach, op 28 september 2023 een decreet heeft ondertekend dat inhoudt dat alle structuren en instellingen van de republiek per 1 januari 2024 zullen worden ontbonden; overwegende dat de niet-erkende Republiek Nagorno-Karabach per 1 januari 2024 ophoudt te bestaan;

E.overwegende dat de Azerbeidzjaanse regering heeft verklaard dat zij de rechten van de burgerbevolking zal waarborgen, met inbegrip van onderwijsrechten, culturele rechten, religieuze rechten en gemeentelijke kiesrechten;

F.overwegende dat tot 120000 Armeense etnische inwoners van Nagorno-Karabach zijn gevlucht zodra de gevechten begonnen; overwegende dat er berichten zijn dat al meer dan 100000 Armeniërs Armenië hebben bereikt; overwegende dat in Nagorno-Karabach binnenkort geen Armenen meer zullen wonen, die er al eeuwen gevestigd waren; overwegende dat de toezeggingen van Azerbeidzjan om de rechten van de lokale bevolking te eerbiedigen, niet geloofwaardig worden geacht;

G.overwegende dat de EU 5 miljoen EUR aan humanitaire hulp heeft verstrekt aan het Internationaal Comité van het Rode Kruis; overwegende dat met deze middelen hulp zal worden geboden aan mensen die van Nagorno-Karabach naar Armenië zijn gevlucht, en aan kwetsbare mensen in Nagorno-Karabach; overwegende dat de EU sinds het einde van de 44-daagse oorlog van eind 2020 in totaal 25,8miljoen EUR aan humanitaire hulp heeft verstrekt; overwegende dat de Armeense regering de EU om bijstand heeft verzocht om het hoofd te bieden aan de toestroom van vluchtelingen uit Nagorno-Karabach;

H.overwegende dat Azerbeidzjaanse “milieuactivisten” op 12 december 2022 begonnen met een blokkade van de Laçın-corridor, de enige weg van Armenië naar Nagorno-Karabach; overwegende dat de exclave tijdens deze blokkade verstoken bleef van leveringen van essentiële diensten en goederen, zoals voedsel en medicijnen, en te kampen had met elektriciteitsonderbrekingen; overwegende dat het leven van de ongeveer 120000 etnisch Armeense inwoners ondraaglijk werd gemaakt, uitmondend in een humanitaire crisis; overwegende dat Azerbeidzjan op 23 april 2023 een illegale controlepost op de Laçın-corridor vestigde, waardoor het zijn controle over de weg nog versterkte;

I.overwegende dat op basis van de Trilaterale Verklaring van 9 november 2020, die een einde maakte aan de 44-daagse oorlog, de Laçın-corridor onder controle moest blijven van Russische vredestroepen, terwijl Azerbeidzjan de veiligheid van personen, voertuigen en goederen op de Laçın-corridor in beide richtingen moest garanderen; overwegende dat de Russische vredesmacht gedurende de gehele blokkade van de Laçın-corridor slechts een passieve rol heeft gespeeld en zich niet heeft ingespannen om zijn missie naar behoren uit te voeren; overwegende dat Azerbeidzjan met de blokkade van de Laçın-corridor de Trilaterale Verklaring heeft geschonden;

J.overwegende dat het conflict in Nagorno-Karabach in 1988 is begonnen tijdens de ineenstorting van de Sovjet-Unie; overwegende dat de eerste oorlog in Nagorno-Karabach in 1994 eindigde met de overname van de controle over de gehele regio en zeven aangrenzende gebieden door Armenië; overwegende dat Nagorno-Karabach in 1992 de onafhankelijkheid uitriep, die door geen enkel land ter wereld is erkend;

K.overwegende dat de voormalige autonome regio Nagorno-Karabach een internationaal erkend deel van Azerbeidzjan is, met een bevolking die in meerderheid uit etnische Armeniërs bestaat; overwegende dat Nikol Pasjinjan, de minister-president van Armenië, op 22 mei 2023 heeft verklaard dat zijn land bereid is de territoriale integriteit van Azerbeidzjan, met inbegrip van Nagorno-Karabach, te erkennen in ruil voor veiligheidsgaranties voor de Armeense bevolking in de regio, als onderdeel van het vredesproces tussen de twee landen;

L.overwegende dat de voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, een van de drie sporen van vredesonderhandelingen tussen Armenië en Azerbeidzjan in gang heeft gezet en gastheer zal zijn voor de volgende bijeenkomst op hoog niveau met de leiders van de twee landen op 5 oktober 2023 in Granada, in de marge van de Europese Politieke Gemeenschap;

M.overwegende dat het blokkeren van de communicatie- en wegverbindingen tussen het westen van Azerbeidzjan en de autonome republiek Nachitsjevan een onopgeloste kwestie is die in de trilaterale verklaring aan de orde wordt gesteld; overwegende dat het deblokkeren door Armenië van alle economische en transportverbindingen tussen Azerbeidzjan en de autonome republiek Nachsjivan de veiligheid ervan zou waarborgen en het onbelemmerde verkeer van personen, voertuigen en goederen in beide richtingen mogelijk zou maken; overwegende dat Azerbeidzjan eist dat de corridor een extraterritoriaal karakter krijgt, wat voor Armenië onaanvaardbaar is; overwegende dat deze wegverbinding, de Zangezur-corridor, aan de grens van Armenië met Iran ligt;

1.veroordeelt de vooraf geplande en ongerechtvaardigde militaire aanval van Azerbeidzjan op Nagorno-Karabach; benadrukt dat deze aanval bovendien onnodig was omdat Azerbeidzjan, na zijn positie te hebben geconsolideerd na de 44-daagse oorlog van 2020, duidelijk op weg was om zijn controle over Nagorno-Karabach via diplomatieke onderhandelingen te herstellen; wijst er met bezorgdheid op dat het Azerbeidzjaanse offensief het lopende vredesproces met Armenië, dat via bemiddeling van de EU plaatsvindt, ernstig ondermijnt;

2.herinnert eraan dat de aanval plaatsvond tegen de achtergrond van een ernstige humanitaire crisis in Nagorno-Karabach na de blokkade door Azerbeidzjan van de Laçın-corridor gedurende de negen maanden die daaraan voorafgingen, en dat deze aanval indruiste tegen de toezeggingen van Bakoe in het kader van de verklaring over het staakt-het-vuren van 9 november 2020 en de juridisch bindende beschikkingen van het Internationaal Gerechtshof;

3.betuigt zijn solidariteit met de Armeense bevolking van Nagorno-Karabach; verzoekt de EU-instellingen en de lidstaten onmiddellijk alle nodige hulp aan Armenië te bieden om de toestroom van vluchtelingen uit Nagorno-Karabach en de daaruit voortvloeiende humanitaire crisis, alsmede de integratie van deze vluchtelingen in Armenië, op te vangen; prijst de Armeense autoriteiten voor hun inspanningen om hulp en onderdak te bieden aan het toenemende aantal vluchtelingen uit Nagorno-Karabach;

4.spreekt nogmaals zijn bezorgdheid uit over de gevolgen van het Azerbeidzjaanse militaire offensief voor de burgerbevolking van Nagorno-Karabach, die nu gedwongen is de regio te verlaten;

5.roept op tot het instellen van een internationaal onafhankelijk onderzoek naar de vermeende oorlogsmisdaden van de Azerbeidzjaanse autoriteiten tegen etnische Armeniërs in Nagorno-Karabach vanaf 19 september 2023, met als doel om alle verantwoordelijken voor de rechter te brengen en sancties op te leggen;

6.veroordeelt de passiviteit van de Russische “vredeshandhavers” en de algehele rol van Rusland, dat het conflict decennialang heeft aangewakkerd en heeft gebruikt voor eigen politiek gewin;

7.roept de regering van Azerbeidzjan op om onmiddellijk en onvoorwaardelijk alle voormalige functionarissen van Nagorno-Karabach vrij te laten en te repatriëren, met inbegrip van voormalig staatsminister van Nagorno-Karabach Ruben Vardanyan, presidentieel adviseur Davit Babayan en alle anderen die onrechtmatig zijn gearresteerd voor en na 20 september 2023;

8.is verheugd over de instelling van een internationale aanwezigheid in Nagorno-Karabach onder auspiciën van de VN om toezicht te houden op de situatie ter plaatse en hulp te bieden aan de nog aanwezige lokale bevolking; verzoekt de EDEO het aantal waarnemers binnen de missie van de Europese Unie in Armenië aanzienlijk uit te breiden en deze ook langs de grens met Turkije te plaatsen en te eisen dat zij aanwezig mogen zijn aan de Azerbeidzjaanse zijde van de grens met Armenië en in Nagorno-Karabach;

9.herinnert eraan dat Azerbeidzjan ten volle verantwoordelijk is voor de eerbiediging van de rechten en de veiligheid van alle leden van de etnisch Armeense gemeenschap die besluiten in Nagorno-Karabach te blijven; dringt aan op de bescherming van hun cultureel, historisch en religieus erfgoed, overeenkomstig de UNESCO-normen en de internationale verplichtingen van Azerbeidzjan; dringt erop aan dat Azerbeidzjan een UNESCO-missie toelaat tot Nagorno-Karabach en deze de nodige toegang verleent tot erfgoedlocaties om de huidige staat ervan vast te stellen en een inventarisatie uit te voeren; verzoekt dat de eigendommen van de leden van de Armeense gemeenschap die hebben besloten te vertrekken, worden veiliggesteld en dat met Armenië een oplossing wordt uitgewerkt om compensatie te bieden voor eigendommen die in Nagorno-Karabach zijn achtergelaten; verzoekt Azerbeidzjan alles in het werk te stellen om de veilige terugkeer van de etnisch Armeense bevolking van Nagorno-Karabach mogelijk te maken, zonder intimidatie en onder internationaal toezicht;

10.waarschuwt Azerbeidzjan tegen het vertonen van elke vorm van militaire agressie tegen de staat Armenië, zoals plaatsvond in september 2022, met als doel de controle over het zuidelijke deel van Armenië of andere delen van de provincie Syunik met geweld over te nemen; wijst erop dat dergelijke acties zouden worden beschouwd als reden om de relatie van de EU met Azerbeidzjan te heroverwegen, door de onderhandelingen over de overeenkomst met Azerbeidzjan op te schorten, een prijsplafond voor Azerbeidzjaanse olie en gas af te dwingen, het memorandum van overeenstemming over het strategisch partnerschap op energiegebied op te schorten, de deelname van Azerbeidzjan aan het Oostelijk Partnerschap op te schorten, persoonlijke gerichte sancties op te leggen aan alle personen binnen de Azerbeidzjaanse autoriteiten die deze besluiten hebben genomen en uitgevoerd, in overeenstemming met het wereldwijde sanctieregime van de EU op het gebied van de mensenrechten, te lobbyen voor de schorsing van Azerbeidzjan uit internationale organisaties en sportfederaties, en Azerbeidzjaanse deelnemers aan internationale culturele en sportevenementen te weren; roept Turkije op zijn bondgenoot Azerbeidzjan te weerhouden van dergelijke onverantwoordelijke acties;

11.steunt de lopende vredesbesprekingen tussen Armenië en Azerbeidzjan, die van meet af aan al moeizaam verliepen, maar nu nog verder worden bemoeilijkt door de recente militaire operatie tegen Nagorno-Karabach; herinnert eraan dat de betrekkingen tussen de twee landen ernstig zijn geschaad door het meer dan dertig jaar durende conflict, dat werd aangewakkerd en bleef voortduren door de inmenging van Rusland; vertrouwt erop dat zodra de rechten en de veiligheid van de Armeniërs in Nagorno-Karabach en het recht op terugkeer voor degenen die reeds gevlucht zijn internationaal gewaarborgd zijn, deze kwestie niet langer centraal zal staan en beide landen in staat zullen zijn betrekkingen van goed nabuurschap aan te knopen, de lange weg van verzoening in te slaan en niet te zwichten voor inmenging van buitenaf; benadrukt dat een voor iedereen acceptabele en duurzame regionale vrede die de soevereiniteit, onafhankelijkheid en territoriale integriteit van beide landen waarborgt, een voorwaarde is voor stabiliteit in de regio;

12.roept de EU op haar krachtige steun uit te spreken voor de democratisch gekozen autoriteiten van Armenië en voor hun streven naar het bewerkstelligen van veerkracht, veiligheid, democratische hervormingen en naar het verminderen van hun afhankelijkheid van de veiligheidsgaranties van de Russische Federatie; is van mening dat de EU de gelegenheid van een potentieel geopolitiek vacuüm moet aangrijpen en Armenië een verreikend samenwerkingsplan moet bieden door de huidige brede en versterkte partnerschapsovereenkomst uit te bouwen, Armenië sterker te verankeren in de gemeenschap van westerse democratieën en het land te helpen de betrekkingen met zijn buurlanden, met name met Turkije, te ontwikkelen;

13.verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de Raad, de Commissie, de regering en de president van Armenië, de regering en de president van Azerbeidzjan, de secretaris-generaal van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, de secretaris-generaal van de Raad van Europa, de directeur-generaal van Unesco en de secretaris-generaal van de Verenigde Naties.

Laatst bijgewerkt op: 4 oktober 2023
Juridische mededeling-Privacybeleid