Immigratiebeleid
Een van de hoofddoelstellingen van de Europese Unie is een toekomstgericht, alomvattend Europees migratiebeleid tot stand te brengen dat gebaseerd is op solidariteit. Dat migratiebeleid moet zorgen voor een evenwichtige aanpak van zowel reguliere als irreguliere immigratie.
Rechtsgrond
De artikelen79 en80 van het (VWEU).
Bevoegdheden
Reguliere immigratie: de EU mag de voorwaarden vaststellen waaronder onderdanen van derde landen naar een lidstaat mogen reizen en er legaal mogen verblijven, ook met het oog op gezinshereniging. De lidstaten behouden het recht om quota vast te stellen voor het aantal werkzoekenden uit derde landen dat ze toelaten.
Integratie: de EU kan zorgen voor stimulansen en ondersteuning van maatregelen die door lidstaten worden getroffen om legaal verblijvende onderdanen van derde landen beter te integreren. De EU-wetgeving bevat echter geen bepalingen met betrekking tot de harmonisatie van de nationale wet- en regelgeving van de lidstaten.
Bestrijding van irreguliere immigratie: de Europese Unie is verplicht om irreguliere immigratie te voorkomen en terug te dringen, met name door middel van een doeltreffend terugkeerbeleid, op een wijze die in overeenstemming is met de grondrechten.
Terugnameovereenkomsten: de Europese Unie heeft de bevoegdheid om met landen van buiten de EU overeenkomsten te sluiten op grond waarvan onderdanen van derde landen die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf in een van de lidstaten, door hun land van herkomst of doorreis worden teruggenomen.
Doelstellingen
Vaststelling van een evenwichtige aanpak van immigratie: de EU streeft naar een evenwichtig beheer van reguliere immigratie en bestrijding van irreguliere immigratie. Een passend beheer van de migratiestromen betekent dat onderdanen uit derde landen die legaal in de lidstaten verblijven, moeten kunnen rekenen op een eerlijke behandeling, dat de maatregelen ter bestrijding van irreguliere immigratie, met inbegrip van mensenhandel en -smokkel, worden verscherpt en dat een nauwere samenwerking met derde landen op alle gebieden wordt bevorderd. De EU stelt zich tot doel voor reguliere immigranten uniforme rechten en plichten vast te stellen die vergelijkbaar zijn met die van EU-burgers.
Beginsel van solidariteit: in het Verdrag van Lissabon wordt bepaald dat het immigratiebeleid gebaseerd moet zijn op de beginselen van solidariteit en billijke verdeling van de verantwoordelijkheid tussen de lidstaten, ook op financieel gebied (artikel80VWEU).
Resultaten
A. Institutionele ontwikkelingen als gevolg van het Verdrag van Lissabon
Met het Verdrag van Lissabon, dat in december2009 in werking is getreden (1.1.5), werd stemming met gekwalificeerde meerderheid ingevoerd met betrekking tot reguliere immigratie, evenals een nieuwe rechtsgrondslag voor het nemen van maatregelen op het gebied van integratie. Thans is de gewone wetgevingsprocedure van toepassing op het beleid met betrekking tot zowel irreguliere als reguliere immigratie en is het Parlement dus medewetgever op gelijke voet met de Raad. Voorlopige maatregelen die bij een plotselinge toestroom van onderdanen van derde landen worden genomen, worden echter uitsluitend door de Raad vastgesteld, na raadpleging van het Europees Parlement (artikel78, lid3, VWEU).
In het Verdrag van Lissabon wordt tevens verduidelijkt dat de bevoegdheden van de EU op dit gebied worden gedeeld met de lidstaten, met name wat betreft het aantal migranten dat tot een lidstaat wordt toegelaten om daar arbeid te verrichten (artikel79, lid5, VWEU). Ten slotte is het Hof van Justitie thans ten volle bevoegd op het gebied van immigratie en asiel.
B. Beleidsontwikkelingen
1. De “totaalaanpak van migratie en mobiliteit”
In de “totaalaanpak van migratie en mobiliteit” (), die de Commissie in2011 heeft goedgekeurd, is een algemeen kader vastgelegd voor de betrekkingen tussen de EU en derde landen op het gebied van migratie. De aanpak steunt op vier pijlers: reguliere immigratie en mobiliteit, irreguliere immigratie en mensenhandel, internationale bescherming en asielbeleid, en optimalisering van de ontwikkelingseffecten van migratie en mobiliteit. De mensenrechten van migranten vormen de rode draad in deze benadering.
2. Strategische richtsnoeren van juni2014
Het programma van Stockholm inzake de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht (RVVR), dat in december2009 werd vastgesteld, is in december2014 afgelopen (4.2.1). In maart2014 publiceerde de Commissie een nieuwe mededeling getiteld “”, waarin zij haar visie ontvouwde op de toekomstige agenda met betrekking tot de RVVR. Overeenkomstig artikel68 van het VWEU stelde de Europese Raad vervolgens in zijn conclusies van 26en 27juni 2014 de “ van de wetgevende en operationele programmering in de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht” voor de periode 2014-2020 vast. Het gaat hier niet langer om een programma, maar om richtsnoeren die zijn gericht op de omzetting, tenuitvoerlegging en consolidatie van de bestaande juridische instrumenten en maatregelen. In die richtsnoeren wordt de noodzaak benadrukt van een totaalaanpak van migratie, waarbij reguliere migratie zo goed mogelijk wordt benut, bescherming wordt geboden aan wie dat nodig heeft, irreguliere migratie wordt bestreden en de grenzen doeltreffend worden beheerd. De goedkeuring van nieuwe strategische richtsnoeren laat nog op zich wachten.
3. Europese migratieagenda
In mei2015 publiceerde de Commissie de . In de agenda worden onmiddellijke maatregelen voorgesteld om het hoofd te bieden aan de crisissituatie in het Middellandse Zeegebied, evenals acties voor de komende jaren om migratie in al haar aspecten beter te beheren.
Op basis van die agenda publiceerde de Commissie in april 2016 een met daarin haar richtsnoeren op het gebied van reguliere migratie en asiel. De vier hoofdpunten van de richtsnoeren voor het beleid inzake reguliere migratie zijn: het herzien van de blauwekaartrichtlijn, het aantrekken van innovatieve ondernemers in de EU, het ontwikkelen van een coherenter en doeltreffender model voor beheer van reguliere migratie op het niveau van de EU door met name het bestaande kader te evalueren, en de samenwerking met de belangrijkste landen van herkomst versterken om legale trajecten voor migratie naar de EU te waarborgen, maar ook om de terugkeer van migranten die geen recht hebben om te blijven, te verbeteren.
In oktober2019 publiceerde de Commissie haar meest recente voortgangsverslag over de uitvoering van de Europese migratieagenda, waarin de vooruitgang en de tekortkomingen bij de uitvoering van de agenda werden onderzocht. In september2021, een jaar na de goedkeuring van het nieuwe migratie- en asielpact, keurde de Commissie haar eerste goed, dat alle aspecten van migratiebeheer bestrijkt en waarin de balans wordt opgemaakt van de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van migratie- en asielbeleid in het afgelopen periode van anderhalf jaar. Het werd gepubliceerd op 6oktober 2022.
Alle beleidsontwikkelingen worden nauwlettend gemonitord door het , dat in2008 is opgericht als een EU-netwerk van migratie- en asieldeskundigen uit alle lidstaten, die samenwerken om objectieve, vergelijkbare en beleidsrelevante informatie te verstrekken.
4. Het nieuwe migratie- en asielpact
Zoals aangekondigd in haar werkprogramma voor 2020 publiceerde de Commissie in september2020 haar nieuwe pact. Dat heeft tot doel de asielprocedure in te bedden in het algemene migratiebeheer en deze te koppelen aan voorafgaande screening en terugkeer, maar heeft ook betrekking op het beheer van de buitengrenzen, betere prognoses, crisisparaatheid en -respons in combinatie met een solidariteitsmechanisme, en externe betrekkingen met belangrijke landen van herkomst en doorreis buiten de EU (4.2.2). Het nieuwe pact omvat een om aanvullende legale trajecten voor bescherming te ontwikkelen, zoals hervestiging en andere vormen van toelating op humanitaire gronden zoals programma’s op het gebied van gemeenschapssponsoring maar ook trajecten die verband houden met onderwijs en werk.
Op 15november2023 stelde de Commissie het voor, dat een voorstel voor de oprichting van een EU-talentenpool omvat, naast maatregelen ter vereenvoudiging van de erkenningsprocedures van kwalificaties om de mobiliteit van studenten en werknemers te bevorderen.
C. Ontwikkelingen in de wetgeving
Sinds 2008 is een aantal belangrijke richtlijnen betreffende immigratie vastgesteld waarvan enkele inmiddels zijn herzien.
1. Reguliere immigratie
Aangezien het lastig is een algemene bepaling betreffende alle arbeidsimmigratie in de EU vast te stellen, bestaat de huidige benadering in de vaststelling van sectorale wetgeving per migrantencategorie, om zo op EU-niveau beleid betreffende reguliere migratie vast te leggen.
Met betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op een hooggekwalificeerde baan werd de “Europese blauwe kaart” in het leven geroepen, een versnelde procedure om een bijzondere verblijfs- en werkvergunning af te geven die werknemers uit derde landen aantrekkelijkere voorwaarden biedt om hooggekwalificeerde banen aan te nemen in de lidstaten. In juni2016 kwam de Commissie met een voorstel om de regeling te herzien, dat onder andere minder strenge toelatingscriteria, een lagere salarisdrempel/een kortere vereiste minimumduur van de arbeidsovereenkomst, betere regels voor gezinshereniging en afschaffing van parallelle nationale regelingen omvatte, waar de lidstaten zich tegen verzetten. Na de publicatie van het nieuwe pact begonnen het Parlement en de Raad opnieuw aan deze herziening en op 15september 2021 bekrachtigde het Parlement de overeenkomst die het met de Raad had bereikt. De nieuwe regels voorzien in flexibelere toelatingscriteria (een geldige arbeidsovereenkomst of een bindend werkaanbod van zes maanden volstaat), terwijl de drempel van het minimumloon dat aanvragers moeten verdienen om in aanmerking te komen voor de blauwe kaart wordt verlaagd en het voor houders van een blauwe kaart gemakkelijker wordt om tussen EU-landen te reizen en zich te herenigen met hun gezin. Op 27november 2021 is in werking getreden. De uiterste datum voor de omzetting ervan was 18november 2023.
voorziet in een gemeenschappelijke, vereenvoudigde procedure voor onderdanen van derde landen die een verblijfs- en werkvergunning aanvragen in een lidstaat, alsmede in een gemeenschappelijk pakket rechten voor reguliere immigranten. In het , dat in maart2019 werd goedgekeurd, werd vastgesteld dat onderdanen van derde landen gebrekkig worden voorgelicht over hun rechten, wat de doelstelling van de richtlijn om hun integratie en gelijke behandeling te bevorderen, belemmert. In april2022 pact stelde de Commissie voor de richtlijn te herschikken om het toepassingsgebied ervan te vereenvoudigen en te verduidelijken, met inbegrip van de voorwaarden voor toelating en verblijf voor laag- en middelgeschoolde werknemers. Het Parlement en de Raad hebben in december2023 een politiek akkoord bereikt. Richtlijn (EU)2024/1233 werd op 30april 2024 gepubliceerd in het Publicatieblad. Hiermee wordt de procedure om een gecombineerde werk- en verblijfsvergunning te verkrijgen voor aanvragers en werkgevers gestroomlijnd en worden nieuwe maatregelen ingevoerd om werknemers uit derde landen beter tegen uitbuiting te beschermen.
Bij de in februari2014 vastgestelde worden de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op tewerkstelling als seizoenarbeider geregeld. Migrerende seizoenarbeiders mogen legaal en tijdelijk in de EU verblijven voor een maximale periode van vijf tot negen maanden (afhankelijk van de lidstaat) om werk uit te voeren dat gebonden is aan de seizoenen of een bepaalde tijd van het jaar, waarbij zij hun hoofdverblijfplaats buiten de EU behouden. De richtlijn verschaft voorts helderheid over de rechten van deze migrerende werknemers. In juli2020 publiceerde de Commissie , waarin zij ook het eerste uitvoeringsverslag voor 2021 aankondigde. Dat uitvoeringsverslag is echter vertraagd en wordt nu pas in de eerste helft van 2024 verwacht.
betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen in het kader van een overplaatsing binnen een onderneming, werd op 15mei2014 vastgesteld. De richtlijn maakt het voor ondernemingen en multinationals makkelijker om leidinggevenden, specialisten en stagiair-werknemers tijdelijk over te plaatsen naar een filiaal of dochteronderneming in de Europese Unie. Het eerste uitvoeringsverslag moest uiterlijk november 2019 worden ingediend.
betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten werd op 11mei2016 vastgesteld en moest uiterlijk op 23mei2018 in nationaal recht zijn omgezet. Deze richtlijn vervangt de eerdere instrumenten die van toepassing waren op studenten en onderzoekers. Het toepassingsgebied ervan wordt uitgebreid en de toepassing vereenvoudigd.
De status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen in de Europese Unie is nog steeds geregeld bij van de Raad, zoals gewijzigd in2011 om het toepassingsgebied uit te breiden tot vluchtelingen en andere begunstigden van internationale bescherming. In het van maart2019 werd vastgesteld dat de lidstaten, in plaats van de Europese status van langdurig ingezetene actief te bevorderen, voornamelijk nationale vergunningen voor langdurig verblijf afgeven en dat slechts weinig onderdanen van derde landen gebruikmaken van hun recht om naar andere lidstaten te verhuizen. In april2022 kwam de Commissie met een voor een herschikking van de richtlijn, met als doel een echte status voor langdurig ingezetenen in de EU te creëren, met name door het recht van langdurig ingezetenen om in andere lidstaten te reizen en te werken, te versterken. Het Parlement heeft zijn onderhandelingsmandaat in april2023 aangenomen. De Raad keurde zijn onderhandelingsmandaat in november2023 goed. Op 30november 2023 zijn het Parlement en de Raad interinstitutionele onderhandelingen begonnen om een definitieve wettekst af te sluiten.
2. Integratie
van de Raad bevat bepalingen inzake het recht op gezinshereniging, die verder gaan dan het recht op eerbiediging van het privé-, familie- en gezinsleven van artikel8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. Aangezien in het uitvoeringsverslag van2008 werd geconcludeerd dat 龱ٱ2003/86/ niet volledig en correct werd toegepast in de lidstaten, publiceerde de Commissie in april2014 een mededeling met richtsnoeren voor de toepassing ervan. In het (maart 2019) werd geconcludeerd dat de richtlijn sinds 2008 beter wordt uitgevoerd. Dat had deels te maken met de inbreukprocedures die de Commissie had ingeleid, de richtsnoeren van 2014 en de talrijke arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie.
De bevoegdheden van de EU op het gebied van integratie zijn beperkt. De Commissie stelde in juli2011 de vast. Meer recentelijk, in november2020, heeft de Commissie een voor integratie en inclusie 2021-2027 voorgesteld dat een beleidskader en concrete initiatieven bevat om de lidstaten te helpen bij de integratie en de toegang tot onderwijs, werkgelegenheid, gezondheidszorg en huisvesting van de 34miljoen onderdanen van derde landen die legaal op het grondgebied van de Unie verblijven. Het plan vormt een combinatie van monitoringmaatregelen, het gebruik van nieuwe digitale instrumenten en inspanningen om de participatie van migranten in de samenleving te bevorderen, de mogelijkheden voor EU-financiering te vergroten en partnerschappen met meerdere belanghebbenden op verschillende bestuursniveaus tot stand te brengen. De bestaande instrumenten omvatten het , de , het en de onlangs opgerichte deskundigengroep voor de standpunten van migranten op het gebied van migratie, asiel en integratie, die voor het in november 2020 en sindsdien regelmatig is bijeengekomen.
De gespecialiseerde financieringsinstrumenten ter ondersteuning van het nationale integratiebeleid zijn gebaseerd op het Fonds voor asiel, migratie en integratie () en het Europees Sociaal Fonds (), in het kader van het nieuwe meerjarige financieel kader (MFK)2021-2027.
3. Irreguliere immigratie
De EU heeft twee belangrijke wetgevingsinstrumenten ingevoerd om de strijd tegen irreguliere immigratie aan te gaan.
- Het zogenoemde “hulpverleningspakket” omvat van de Raad, waarin een gemeenschappelijke definitie van het misdrijf van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf is opgenomen, en , waarin de sancties voor dergelijke gedragingen zijn vastgesteld. Het pakket wordt aangevuld met van de Raad, op grond waarvan in ruil voor samenwerking met de bevoegde autoriteiten een verblijfstitel kan worden afgegeven aan slachtoffers van mensenhandel of -smokkel (zie voor mensenhandel ook de infopagina “Justitiële samenwerking in strafzaken” 4.2.6). In mei2015 stelde de Commissie het . In het kader daarvan voerde ze een REFIT-evaluatie uit om de toepassing van het bestaande rechtskader te beoordelen. Deze evaluatie werd voorafgegaan door een openbare raadpleging. De Commissie stelde vast dat er destijds onvoldoende bewijs was om personen of organisaties die humanitaire hulp verlenen, strafbaar te stellen en concludeerde dat het EU-rechtskader voor de aanpak van migrantensmokkel in de huidige situatie noodzakelijk blijft. In zijn van 5juli 2018 verzocht het Parlement de Commissie richtsnoeren voor lidstaten vast te stellen om te voorkomen dat humanitaire bijstand strafbaar wordt gesteld. De aanneming van deze resolutie werd september2018 gevolgd door een over de desbetreffende kwestie. In het kader van haar nieuwe pact heeft de Commissie een gepubliceerd met richtsnoeren voor de interpretatie van de richtlijn hulpverlening, waarin zij stelde dat de uitvoering van de wettelijke verplichting om mensen in nood op zee te redden niet strafbaar kan worden gesteld, maar dat zij niet heeft aangedrongen op extra inspanningen, waardoor opsporings- en reddingsactiviteiten in handen blijven van ngo’s en particuliere vaartuigen. Na een keurde de Commissie in september2021 een nieuw goed. Op 28november 2023 heeft de Commissie een gepresenteerd betreffende de versterking van de politiële samenwerking met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel, en betreffende de versterking van de ondersteuning door Europol van de voorkoming en bestrijding van die strafbare feiten. Ook deed ze een tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf in de Unie, en ter vervanging van Richtlijn 2002/90/EG van de Raad en Kaderbesluit 2002/946/JBZ van de Raad.
- Bij worden de gemeenschappelijke EU-normen en procedures voor terugkeer van irregulier verblijvende onderdanen van derde landen vastgesteld. Het eerste verslag over de uitvoering ervan werd in maart2014 aangenomen. In september2015 publiceerde de Commissie het , en in oktober2015 werden de conclusies van de Raad over de toekomst van het terugkeerbeleid vastgesteld. In maart2017 vulde de Commissie het actieplan aan met een getiteld “Een doeltreffender terugkeerbeleid in de Europese Unie – een vernieuwd actieplan” en een over het doeltreffender maken van terugkeer. In september2017 publiceerde ze het geactualiseerde “”, dat richtsnoeren bevatte voor de uitvoering van terugkeergerelateerde taken door de nationale autoriteiten die daartoe bevoegd zijn. Daarnaast keurden het Parlement en de Raad in2016 betreffende de vaststelling van een Europees reisdocument voor de terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen goed. Het onlangs vernieuwde en versterkte (Frontex) helpt de lidstaten in toenemende mate bij hun activiteiten op het gebied van terugkeer. In september2018 stelde de Commissie een herschikking van de terugkeerrichtlijn voor om procedures te versnellen, met inbegrip van duidelijkere procedures en regels ter voorkoming van misbruik, de vaststelling in de lidstaten van doeltreffende programma’s voor vrijwillige terugkeer, en duidelijkere regels met betrekking tot bewaring. Uit een gerichte blijkt dat het voorstel aanzienlijke kosten voor de lidstaten met zich mee zou brengen vanwege toegenomen bewaring. Er waren geen duidelijke aanwijzingen dat het voorstel tot een doeltreffender terugkeer zou leiden. Wel zou het waarschijnlijk resulteren in schendingen van de grondrechten van irreguliere migranten. In zijn resolutie van 17december2020 over de benadrukte het Parlement dat de doeltreffendheid van het terugkeerbeleid van de EU niet alleen moet worden gemeten in termen van terugkeerpercentages, maar dat ook rekening moet worden gehouden met de eerbiediging van de grondrechten en procedurele waarborgen. De rapporteur, Tineke Strik (Verts/ALE), publiceerde haar ontwerpverslag op 21februari2020. Aan het wordt nog gewerkt. In haar nieuwe pact streeft de Commissie naar een gemeenschappelijk EU-systeem voor terugkeer, met meer operationele steun voor de lidstaten en met Frontex als operationele tak van het EU-terugkeerbeleid, samen met de aanstelling van een terugkeercoördinator die wordt ondersteund door een nieuw netwerk op hoog niveau voor terugkeer. De eerste EU-terugkeercoördinator, Mari Juritsch, werd benoemd in maart2022. De Commissie heeft haar gepubliceerd in april2021, het beleidsdocument “” in januari2023, en de over wederzijdse erkenning van terugkeerbesluiten en het bespoedigen van terugkeer in maart2023.
- Bij (richtlijn inzake sancties tegen werkgevers) worden sancties en maatregelen vastgesteld die in de lidstaten dienen te worden genomen tegen werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen. Het eerste verslag over de tenuitvoerlegging van de richtlijn werd op 22mei2014 ingediend. Na de aankondiging in het nieuwe pact heeft de Commissie in september2021 een goedgekeurd, met als doel de uitvoering te versterken en tegelijkertijd de rechten van irreguliere migranten te beschermen.
- Sinds2001 erkennen de lidstaten onderling hun respectieve verwijderingsbesluiten (), wat betekent dat een besluit van een lidstaat om een onderdaan van een derde land die in een andere lidstaat aanwezig is, uit te zetten, in acht wordt genomen en nageleefd.
Tegelijkertijd is de EU bezig met het onderhandelen over en het sluiten van met de landen van herkomst en doorreis met het oog op de terugkeer van irreguliere migranten en samenwerking in de strijd tegen mensenhandel. Deze overeenkomsten voorzien in Gemengde Comités overname om toezicht te houden op de uitvoering ervan. Zij hangen ook samen met overeenkomsten voor visumversoepeling, die de nodige stimulans moeten geven voor onderhandelingen over terugname in het desbetreffende derde land zonder irreguliere migratie te doen toenemen.
De Commissie heeft ook informele overeenkomsten gesloten inzake terugkeer en overname. Hierop heeft het Parlement zware kritiek geleverd omdat deze regelingen buiten zijn toetsingsbevoegdheid vallen en vragen oproepen over verantwoording en transparantie.
De Commissie heeft EU-actieplannen voorgesteld voor de centrale (november2022), voor de (december2022), voor de (juni2023) en voor de migratieroute door het (ǰٴDz2023).
De rol van het Europees Parlement
Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon is het Parlement als volwaardige medewetgever actief betrokken geweest bij de vaststelling van nieuwe wetgeving op het gebied van zowel reguliere als irreguliere immigratie.
Het Parlement ook heeft talrijke initiatiefresoluties over migratie aangenomen, waaronder zijn over de situatie in het Middellandse Zeegebied en de noodzaak van een holistische EU-aanpak van migratie, zijn over nieuwe wegen voor legale arbeidsmigratie en zijn met aanbevelingen aan de Commissie betreffende het beleid en wetgeving inzake legale migratie.
Zie voor meer informatie:
- ;
- het Europees asielbeleid.
Pablo Abril Marti / Georgiana Sandu